42
Ir. J. E. Alberda. Decision-making and Surveying; paper presented to the
Twelfth International Congress of Surveyors, London, 2-12 September
1968. 7 biz., 0.75, 1968.
De publikatie geeft een schets van de aanpak die gebruikt wordt bij de
kwantitatieve voorbereiding van beslissingen. Genoemd worden optimali
sering met deterministische modellen, en het beslissen in onzekere situaties.
Optimalisering in de landmeetkunde wordt in dit licht bezien. Als voor
waarde voor het toepassen van kwantitatieve analyse op landmeetkundige
beslisproblemen ziet de auteur de kwantificering van doelstellingen.
Ir. J. E. Alberda. Het voldoen van kleinste-kwadratenschattingen aan de
voorwaarde vergelijkingen (L.G.R.-R65). 48 blz., 2.00, 1969.
Onderzocht worden de tweede-orde effekten die o.a. het gevolg zijn van
linearisatie en afronding bij een vereffening volgens het eerste standaard
vraagstuk. Toepassing op de vierhoek met gemeten hoeken en op de vier
hoek met gemeten zijden en diagonalen.
Ir. W. Beekman en Ir. E. F. Meerdink. Het multiple choice examen
waarnemingsrekening van 29 april 1969 (L.G.R.-V26). 16 blz., 1.00,
1969.
Na een korte inleiding over multiple choice examens in het algemeen, wor
den de resultaten van het examen geanalyseerd. Dit gebeurt ook met de
gehouden enquête. Tenslotte wordt de konklusie getrokken dat met een
multiplechoice examen de kennis van het theoriegedeelte van het vak waar
nemingsrekening voor G2 op een juiste wijze getoetst kan worden. Het examen
is als bijlage opgenomen.
Ir. W. Beekman en Ir. E. F. Meerdink. Het multiple choice examen waar
nemingsrekening G2 van 23 september 1969 (L.G.R.-V28). 13 blz.,
1.00, 1969.
Dit verslag is analoog aan V26 opgebouwd. Op grond van dit tweede
examen wordt de konklusie uit V26 met kracht onderschreven.
Ir. E. Christiaan. "Survey" van enkele puntsbepalingsystemen in het
Caraïbische gebied (skriptie) (L.G.R.-R69). 42 blz., 2.00, 1969.
In het Caraïbische gebied zijn verschillende geodetische projekten uitge
voerd. In deze skriptie wordt een overzicht gegeven van enkele van de punts
bepalingsystemen. Bovendien zijn deze met de door Prof. Baarda ontwikkelde
theorie geanalyseerd.
Ir. J. Denekamp. Een analyse van het tweede-orde net der Rijksdriehoeks
meting (skriptie) (L.G.R.-R63). 63 blz., 39 blz. bijlagen, 3.50, 1969.
Uit het gereviseerde tweede-orde net in Zuid-Nederland is een deelnet met
de bijbehorende waarnemingen geanalyseerd m.b.v. de door Prof. Baarda
ontwikkelde theorie. Behalve de precisie van het net is ook de betrouwbaar
heid onderzocht. Hiertoe is een toets op het gekozen model uitgevoerd.
M.b.v. „data-snooping" is getracht eventueel opgetreden fouten te lokaliseren.
Ir. H. A. Hettema. Toetsing van de verschillen tussen de tweede en derde
nauwkeurigheidswaterpassing op een eventuele hellingsverandering
van ons land (skriptie) (L.G.R.-R66) 47 blz., 2.00, 1969.
De resultaten van de tweede en derde nauwkeurigheidswaterpassing van
Nederland worden met elkaar vergeleken. Met behulp van een toets-proce-
dure is nagegaan of er sprake is van een kanteling van het puntensysteem.
Ir. J. C. P. de Kruif. The adjustment of the primary triangulation of the
Netherlands (L.G.R.-R64). 23 blz. met 8 figuren waarvan 1 in kleur),
2.00, 1969.
In dit rapport wordt een overzicht gegeven van de berekeningen die in de
periode van 1965-1968 zijn uitgevoerd ten behoeve van de tweede vereffening