88 het congresthemaThe Surveyor's Contribution to Human Progress (De bijdrage van de landmeter tot de voortuitgang der mensheid). Maar juist daarvoor had ik het autobiografisch boek „The Crippled Tree" gelezen van Han Suyin, waarin de balans wordt opgemaakt van de zgn. Westerse bijdrage tot de ontwikkeling van China, en „The First Circle" van Solzhenitsyn, waarin duidelijk gemaakt wordt hoe de techniek heeft bijgedragen de Tsaristische temming van het Russische volk onder de huidige machthebbers te vervolmaken, (zie ook Prof. H. Bianchi- De gerechtigheid der middelenDe Groene van 27-i2-'69.) Dan begint men zich af te vragen of die „bijdrage van de land meter tot de vooruitgang der mensheid" niet een loze kreet is, of wellicht een zet in het Engelse spel om het behoud van de „pro- fession" van de Chartered Surveyor Wel werd in de openingszitting een boeiend betoog over „The Crisis in Urban Living" gehouden door Prof. J. R. James, maar verder werd slechts incidenteel aandacht besteed aan de voorbereiding van de discussie over de be strijding van de gevaren die de mensheid bedreigen, (zie ook „Der Spiegel" van 5 jan. 1970, het artikel „Zukunftplanung-Ritt auf dem Tiger".) Vermelding verdienteen overigens betrekkelijk eng verhaal van M. Oldenstad „Der Mensch in unserem Beruf". M. O. Laird (U.S.A.) „Education of Land Surveyors in the U.S.A." stelt dat „the land surveyor be familiar with current local customs and legal philosophy, as well with socio-economic thought relating to subdivision planning and land use", en sluit daar en ook elders aan bij mijn eigen voordracht over „The Future of the Géomètre". Maar in het algemeen blijkt uit de diskussie over opleiding een ver langen naar universitaire technische opleiding, al begint de Belg Lavraun zijn wenslijstje met filosofie, psychologie en logica (maar géén sociologie) Uiteraard betrekt de Commissie Kadaster en Ruilverkaveling recht en economie in haar beschouwingen, maar de indruk blijft mij te eenzijdig technisch (of landbouwkundig-technisch). Vaak boeiender zijn de beschouwingen over stedelijke en landelijke ■planning, waar sterker sociale en politieke aspecten naar voren komen. Maar deze problemen van ruimtelijke ordening liggen voor Nederland nog erg ver in de periferie van de landmeetkunde ver schoven. Dit is jammer want men vindt hier de sociologie en aan verwante vakken als noodzaak aangevoerd, in evenwicht met andere reeds vermelde vakken. Het derde deel van het congresverslag is daarom rijke litteratuur voor degenen die hun ogen willen openen Ogen openen betekent deelname aan de dialoog en deze dialoog over congresthemaproblemen heeft slechts uiterst bescheiden plaats gevonden. Geen betere manier van ogen openen dan in de opleidingsperiode. Eigen opleiding leerde mij dit, een opleiding nog sterk beïnvloed

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1970 | | pagina 28