68
V A De uitholling van het vak van de geodeet vindt hoofdzakelijk
plaats op ingenieursniveau.
Op het uitvoerende niveau is gevaar voor overbodigheid
minder acuut.
V B De verschuiving van het vakgebied vindt niet alleen plaats op
ingenieursniveau, maar evenzeer op andere niveaux.
Mechanisering, tot automatisering toe, van meet- en reken
werk zal zeker het technische niveau beïnvloeden. Echter
de trend naar automatisering in andere vakgebieden, w.o.
het civieltechnische, zal meer en uitgebreider voorbe
reiding vragen, waardoor nieuwe toepassingsgebieden open
komen.
VI De geodeet heeft alleen een gunstig perspectief, indien zijn op
leiding een fundamentele en brede basis geeft voor specialisatie
in vele richtingen. Deze specialisatie behoeft niet tijdens zijn
studie te worden gekozen, want wie is zeker van de keuze van
specialisatie die hem ten deel valt in een werkperiode van veertig
tot vijftig jaar Wel kan een specialisme als oefenvoorbeeld in de
studietijd worden gekozen.
voorbeelden
VI i Zowel de opleidingsinstituten als de overheid en het
bedrijfsleven zullen de mogelijkheid tot het volgen van
post-academiale cursussen moeten geven. Ieder die
hiervan geen gebruik maakt zal achterraken bij de
ontwikkeling.
VI 2 Landmeetkundigen dienen zeker ook cursussen te
volgen betreffend randgebieden, zoals bedrijfsor
ganisatie, navigatie, planologie, electronica e.d.
VI 3 Aanname van het gestelde in VI bevordert de mobili
teit.
Inleiding van Ir. G. H. te Kronnie
Mijnheer de voorzitter, dames en heren.
De werkgroep heeft stellingen op papier gezet die ongetwijfeld
al wel de nodige verbazing met zich mee gebracht zullen hebben. De
werkgroep meende dat het gewenst was dat deze stellingen nog wat
omlijst zouden worden, nog wat nader toegelicht zouden worden.
Daartoe heeft men echter niet het meest bescheiden lid van de
werkgroep aangewezen. Ik zeg dit juist omdat ik waarschijnlijk
toch niet altijd even representatief voor de werkgroep zal zijn. Maar
dan heeft in de diskussie iedereen de volle gelegenheid daarop nader
in te gaan.
Wanneer we ons afvragen: „de geodeet in perspektief", wat be
tekent dat Dan geloof ik dat we er goed aan doen om ons eens af te
(op schrift gesteld door J. L. AJ. M. Martens)