van het laatstgelezen punt (x i) worden ingevuld in de tabel op
de plaats van i en de procedure wordt herhaald.
Uiteraard wordt na het vergelijken der ^-waarden de code
„pen op/neer" uitgevraagd van het laatstgelezen punt, ter controle
of het einde van een bepaalde figuur is bereikt.
De maximale waarde van i kan niet zonder meer als parameter
aan het programma worden opgegeven, maar dient vooraf d.m.v.
een grondige analyse te worden vastgesteld en is bovendien gebon
den aan de maximale voor dit programma beschikbare geheugen
ruimte in de gebruikte computer. Wijziging van de maximale
waarde van i maakt hercompilering van het programma nood
zakelijk (compilering: het door de computer omzetten van het
voor de mens leesbare programma in voor de computer leesbare
binaire machine-instructies)
Of de realisatie in het programma moet worden gezocht in de
vorm van opneming van de zojuist beschreven tabel, of in de vorm
van een berekeningsformule, die herhaald wordt toegepast, hangt
in zekere mate af van het type computer dat zal worden gebruikt.
Een binaire rekenautomaat zal met een formule vermoedelijk
sneller werken, een decimaal werkende computer zal sneller zijn
met een tabel. Bij het testen van het programma biedt de tabel
voordelen, door het bewaard blijven van alle berekende tf-waarden.
Tot behoud van de tekennauwkeurigheid over het gehele kaart-
vlak zal het nodig zijn, dat de plotter zo af en toe de opdracht krijgt
zich in te stellen op vooraf op de kaart vastgelegde punten (b.v.
dichtstbijzijnde ruitpunt). Dit kan, door de computer de door de
tekenpen af te leggen afstanden in een apart geheugenveld te
laten sommeren en bij overschrijding van een (proefondervindelijk
vast te stellen) opgegeven waarde bovengenoemde opdracht te
geven. De routines hiervoor kunnen worden ingebouwd tussen
de opdrachten 13 en 14 uit figuur 1.
Bij het vervaardigen van een kaart op kleinere schaal dan de
oorspronkelijke zal de kartograaf bepaalde terreindetails bewust
vervormen, teneinde deze goed te laten uitkomen (b.v. het over
dreven breed aangeven van wegen voor een wegenkaart) en zelfs
sommige details vervangen door signatuur.
Ook dit kan in een generalisatieprogramma ingebouwd worden.
Het is hiervoor noodzakelijk de invoer extra te coderen en de signa
tuur apart te coderen in een in het programma opgenomen tabel.
Voorbeelden: Van een weg bevat de invoer de koördinaten van
het midden van de weg met een code, die b.v. betekenthoofdweg.
De computer zoekt uit de tabel de bij de opgegeven kaartschaal
behorende breedte van de voor een hoofdweg te tekenen dubbele
lijn en stelt de plotter opdrachten samen.
Met het bovenstaande hoop ik de stellers van in de aanhef
genoemd artikel van dienst te zijn geweest, maar tevens te hebben
aangetoond dat de toepassing van computers en door computers
bestuurde apparatuur weliswaar grote mogelijkheden biedt, maar
122