28o
2. Notulen van de Algemene Vergadering van 24 oktober 1969, zoals opgenomen
in het Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde, 86e jaargang nr. 1 blz.
37 e.v.
De notulen worden, na een opmerking van Ir. Heij over de vermelde
datum 18 oktober 1969 welke moet zijn 18 oktober 1968, met dank aan de
secretaris goedgekeurd en vastgesteld.
3. Verslag ingevolge art. 14a van het Huishoudelijk Reglement, (jaarverslag)
zoals opgenomen in het Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde, 86e
jaargang nr. 4 blz. 196.
Het verslag wordt zonder aanmerking goedgekeurd.
3a. Ingekomen stukken, (tussengevoegd agenda-punt).
De sekretaris deelt mede dat zijn ingekomen:
een bericht van verhindering van Ir. H. L. van Gent.
opmerkingen naar aanleiding van de toegezonden concept-statuten en
huishoudelijk reglement van de nieuwe vereniging van de leden Mas-
sink en Stuurman en van de afdeling Den Haag.
jaarverslagen van de afdelingen Deventer, Breda en Gron.-Fr.-Drente.
verslagen van de afdelingsvergaderingen van de afdelingen Arnhem en
Den Haag.
Deze afdelingen wensen handhaving van het reisfonds.
Verder bepleiten deze afdelingen een regeling voor de buitengewone leden,
die het mogelijk maakt lid van de Vereniging voor Kadaster en Land
meetkunde te blijven.
4. Bestuursverkiezing.
De voorzitter licht het in de agenda gepubliceerde bestuursvoorstel toe.
Op het voorstel zijn geen reakties binnen gekomen, waaruit de voorzitter
konkludeert dat de vereniging het met het standpunt van het bestuur eens is.
Voor specifieke taken, zoals een onderzoek naar de bij andere diensten te
bereiken funkties, mist zowel een bestuur van 3 als van 4 leden de tijd. Het
bestuur stelt zich voor dergelijke taken op te dragen aan een daarvoor te be
noemen commissie.
Na een dankwoord van de voorzitter aan de heer Tamminga, waarin hij de
gave tot het relativeren van grote tegenstellingen en het minnelijk naar
compromissen toewerken memoreert, antwoordt deze het prettig te vinden
te hebben kunnen meewerken aan de in een kort tijdbestek kulminerende
ontwikkelingen met betrekking tot reorganisatie en herstrukturering. Hij
dankt zijn medebestuursleden en de vergadering voor het in hem gestelde
vertrouwen.
5. Vaststelling kontributie.
Na een toelichting van de voorzitter op het in het Orgaan nr. 74 gepubli
ceerde bestuursvoorstel, spreekt Ir. Smit zich namens de afdeling Groningen-
Friesland-Drente uit voor handhaving van het reisfonds. Na stemming over
de al of niet handhaving van dit reisfonds wordt tot handhaving besloten.
Ir. van der Most stelt vragen over de sterk gestegen bestuursonkosten,
waarop de penningmeester antwoordt, dat deze geweten moeten worden aan
de grote bestuursaktiviteiten en de grote reisafstanden, welke te verwachten
zijn in het komende jaar.
Ir. Wytema ziet geen verband tussen de verhoogde afdracht aan de af
delingen en de beperking van de doelstellingen van de vereniging.
Ir. Smit reageert hierop door te stellen, dat de afdelingen gewoon blijven
bestaan in verband met het vakverenigingsaspekt en juicht de verhoogde af
dracht, die vaker vergaderen mogelijk maakt, zeer toe.
Ir. de Ridder brengt naar voren, nu niet te kunnen beslissen over de
hoogte van de kontributie, omdat nog niet bekend is of de buitengewone leden