47 Met behulp van zulk een correctietafel kan de kaarteering of coördinatenberekening even goede uitkomslen geven als die van metingen verricht met een boussole zonder gebreken. Wanneer meerdere gedeelten van het boussole-instrument ijzerhoudend zijn, zal de afwijking y de resultante zijn der afwijkingen, die het gevolg zouden wezen van elk dier in vloeden afzonderlijk. De grafische voorstelling van die resultante willen wij voor een enkel geval construeeren. Wij moeten de veranderlijke a (richtingshoek van het ijzerdeel) ver vangen door de veranderlijke A (boussole-azimuth), die nul wordt, wanneer de kijker naar het Noor den is gericht, terwijl a nul was wanneer het ijzerdeel in de richting van de naald zich bevond. De grafieken uit 1, II en IV worden dus 45°, 190° en 270° verschoven, terwijl de ordinaten voor II en IV gehal- k veerd worden, omdat hier de helft is van het op eenige bladzijden hiervoren gestelde bedrag. Fig. 5. ln de grafiek de ordinaten van de 3 lijnen van Pt, P2 en P3 tezamen tellende, verkrijgt men de dikke lijn, die voorstelt de totaal-afwijking q> als gevolg der drie ijzerdeelen. Fig. 4. uij a iu" worui tp uu tz M

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor het Kadaster in Ned.-Indië | 1920 | | pagina 8