74
BESTUURSCONFERENTIE 1923.
ONDERWERP: REGISTRATIE VAN HET
INLANDSCH GRONDBEZIT.
Weltevreden, den 1 Maart 1923.
Beschouwingen door het Hoofd van den
Topografischen Dienst. x)
De in het afgdoopen jaar gehouden proefmetingen zouden
de gegevens leveren om te geraken tot een juiste beoordeeling
van
a. de mogelijkheid om de landrente-kaarten te benut
ten voor eene registratie van het Inlandsch grond
bezit, en in onmiddellijk verband daarmede;
b. de -wenschelijkheid om de technisch uitgemeten per-
ceelen bij de .repartitie geleidelijk in de landrente-
registers op te nemen.
Overeenkomstig de inzichten van de bestuurshoofden, die
zich bij de ontwikkelde denkbeelden aansloten, werd het
personeel, dat voor de proef beschikbaar was gesteld, in de
regentschappen Bandoeng, Magelang, Kendal Bangil en
Kraksaan. Aan de verzoeken om ook in Banjoemas, Kediri,
BIJLAGE I.
x) De cursiveeringen (met vermelding van de blz.) zijn door mij
aangebracht om aan te geven, welke zinnen of gedeelten van zinnen
door den heer Van Gent zijn overgenomen uit de dissertatie van
Mr. S. Jaarsma, „Bewijsmiddelen "2"óp -ée« grond in Neder-
landsch-Indië".
Naar ik hoop zal dit den lezer, die wat dieper in deze materie wil
doordringen, vergemakkelijken om na te gaan in hoeverre die zinnen
of gedeelten van zinnen uit hun oorspronkelijk verband zijn gerukt.
De spatieëringen zijn van den heer Van Gent. R.