89 m.a.w. deze autoriteit is verantwoordelijk voor de juistheid. Waar deze ambtenaar persoonlijk maandelijks een paar dui zend zegels moet behandelen, kan men nagaan, wat er van de controle terecht komt, te meer daar andere werkzaamheden (n.l. de zuiver militaire) het grootste deel van zijn tijd vor deren. Bij een definitieve invoering zal dan ook de controle verscherpt moeten worden, waardoor de kosten eveneens enorm zullen stijgen. Dat de Topografische Dienst deze soort meting geëntameerd heeft, is te verklaren. De laatste jaren heerscht n.l. het streven, hoe langer hoe meer hooi op de vork te nemen, hoogstwaar schijnlijk met het doel, de organisatie te kunnen uitbreiden. Dat dit aan den eigenlijken (militair) Topograf'schen Dienst is ten goede gekomen, kan niet aangenomen worden, temeer waar dit reeds duidelijk blijkt uit de aflevering van kaart materiaal. Wil men ten slotte toch tot invoering overgaan, dan diene men te bedenken, dat: le. de prijs der zegels belangrijk hooger gesteld zal moeten worden 2e. de Topografische Dienst niet in staat zal zijn, hieraan uitvoering te geven en dus een nieuwe tak van dienst noodig zal wezen; 3e. deze tak van dienst het Gouvernement duizenden guldens zal kosten en 4e. een goede boekhouding niet mogelijk zal zijn zonder een eenigszins voldoenden burgerlijken stand voor Inlanders. Of men aan den laatsten eisch zal kunnen voldoen, dient sterk betwijfeld te worden. Men zal nog gerust tientallen van jaren kunnen wachten. DIXI.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor het Kadaster in Ned.-Indië | 1923 | | pagina 58