Bijlage IV.
Java-Bode 26-11-1923.
(2e Artikel „Lamster").
NOGMAALS: EEN INLANDSCH KADASTER.
Het is onze gewoonte niet om in te gaan op onwaardige
kibbelpartijtjes, zooals er een wordt ingezet door den heer
Raeven in de JAVA-BODE van 21 Nov. jl. x) en waarin tal
van persoonlijke schimpscheuten aan ons adres, in stede van
eene zakelijke weerlegging van de hoofdlijnen van ons betoog,
den hoofdschotel vormen.
Het spreekt van zelf, dat wij er dan ook niet aan zouden
hebben gedacht om op eene dergelijke argumentatie verder
te antwoorden, ware het niet, dat de zelfgenoegzame, lich
telijk pedante toon, dien de heer R. in zijn repliek aanslaat,
allicht bij den lezer de gedachte zoude kunnen doen post
vatten, dat zwijgen gelijk zoude staan met eene erkenning
van ongelijk, en dit laatste willen wij in het belang van de
zaak waar het om gaat vóór alles voorkomen.
Daarom hoe ongaarne dan ook het volgende, waarbij
wij in de eerste plaats een verder geschrijf zooveel mogelijk
willen trachten te voorkomen, vooral waar onze oppo
nent zegt, dat hij aan de hand van de geschiedenis waarnaar
wij hem verwezen „met zonderlinge calculaties voor den dag
zoude kunnen komen", welke hij echter voorloopig „in petto"
houdt.
Komaan, heer R., waarom ons nog eens voor een tweeden
keer „te veel eer te bewijzen"? Laten wij verstandig zijn,
en de koe maar dadelijk bij de hoorns vatten, wij hebben
uit dien tijd toevallig oo& nog calculaties bewaard, ter zake,
dtis.
Een Inlandsch Kadaster. Toch een millioenenkwestie.