48 Het voordeel, dat wij dadelijk krijgen is dus, dat men niet zoo gauw tot verwerping van waarnemingen behoeft over te gaan! Heeft men 2 planimeterwaarden verricht, die buiten het toleransinterval liggen, zoo gaat men indien geen grove fout vermoed wordt tot een derde planime- treering over, waarbij de tolerans 1,2 maal de vorige mag worden genomen. Voldoet deze tolerans nog niet, zoo laat men een vierde waarneming verrichten, zoodat men de voor geschreven tolerans met 1,4 mag vermenigvuldigen, enz. BOEKBESPREKINGEN. 1) „Optische Distanzmessung und Polarkoördinaten- methode mit besonderer Beruecksichtigung des Bosshardt- Zeiss' schen Reduktionstachymeters" von R. Bosshardt, Grundbuchgeometer in St. Gallen (Schweiz); Verlag von Konrad Wittwer, Stuttgart 1930. In de inleiding geeft schrijver een kort overzicht van de ontwikkeling der poolcoördinatenmethode gedurende de laatste 15 jaren. Schrijver deelt hier mede hoe deze methode aanvan kelijk werd toegepast met gebruikmaking van optische afstand meters (systeem Reichenbach) welke in 1921 werden vervan gen door de zelfreduceerende dubbelbeeld tachymeters en in 1927 officieel in Zwitserland werd ingevoerd. De topografische veelvormigheid van Zwitserland leent zich bij uitstek voor deze methode, hetgeen ook voor Ne- derlandsch-Indië zou kunnen worden opgemerkt. Echter dient hierbij rekening gehouden te worden met de zeer intensieve begroeiing en den physicalischen toestand der lucht in tropische streken. Na ons volledig te hebben ingelicht omtrent de con structie en de behandeling van den Bosshardt-Zeiss-Reduc- tionstachymeter geeft schrijver een korte beschrijving der L. F. L. BERGAMIN. K. G. HULLA.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor het Kadaster in Ned.-Indië | 1931 | | pagina 49