49
dubbelbeeld-afstandmeters van Wild, Aregger, Kern, Fennel,
Breithaupt en Engi. Een meer uitgebreide behandeling van
alle instrumenten had o.i. meer in het kader van dit boekje
gepast,
De verschillende foutenoorzaken die bij de dubbelbeeld-
tachymetrie met gebruikmaking van den B.Z.T. optreden,
werden door den schrijver achtereenvolgens behandeld.
Zooals reeds boven werd opgemerkt zullen de fouten ont
staan door het trillen der lucht en de diferentiaalrefractie
in Nederlandsch-Indië moeten worden bepaald. S kreeg op
een lengte van 68 m als gevolg van de diferentraalrefractie
een verschil van 58 mm tusschen twee metingen, waarbij de
eerste meting werd verricht in volle zon en de 2e bij be
wolkten hemel.
De nonius bevond zich hier op een afstand van 12 cm
van een door de zon beschenen muur.
Bij een aantal proefmetingen met de B.Z.T. werd een
nauwkeurigheid bereikt van 1/5000, ook dr. Fr. Ackerl
geeft als resultaat van zijne onderzoekingen 1/4000 a
1/5000. (Zie ook Zeitschrift für Instrumentenkunde 1929
No. 2). De firma Wild geeft eveneens in eene brochure
een nauwkeurigheid van 1/5000 op voor haar instrument.
Met vele tabellen en diagrammen toont S het econo
mische gebruik van de poolcoördinaten methode aan en komt
tot zeer wetenswaardige conclusies.
De optische meting der polygoonzijden geeft een kos
tenbesparing van 24 40 in vergelijk met een enkelvou
dige meting met meetveer of meetlatten, terwijl deze be
sparing nog kan worden opgevoerd tot 20 60°/0 bij combi
neering van polygoon- en detailmeting. (De groote verschil
len tusschen de aangegeven procenten spruiten niet alleen
voort uit het terreinkarakter maar tevens uit de gebezigde
controle-methodes).
In zwaar hellend terrein met geringe parceleering
zal in tegenstelling met in zwaar geparceleerd terrein met
dichte bebouwing en dus slecht zicht de poolcoördinaten