183 A Uit vergelijking in bovenstaande figuur 2 van de grafieken der functies (16a), en (17a), beide op de zelfde sc'haal, blijkt zelfs, dat voor sommige waarden van (f de rekenwijze van 12 minder nauwkeurig is, dan die van 11, ondanks het feit, dat bij de eerst genoemde de afstaind (qe cos 9-) met grooter nauw keurigheid wordt bepaald. (Men berekene b.v. eens den overgang volgens beide methoden, terwijl 150° en 60 en vergelijke de uitkomsten met die, verkregen met toepassing van de strenge formule (7).) Deze eenigzins paradoxaal klinkende conclusie wor de als volgt nog even verduidelijkt. Men heeft zoowel in 11 als in 12 te maken met twee achtereenvol gende benaderingen; de exacte formule tgd=-e sm— q e cos <x wordt eerst benaderd tot d e sin V p en hi,erin q e cos <P wordt (q e cos 95) weer miinder of meer nauwkeurig bepaald volgens (16) of (17). Past men (17) toe inplaats van (16), dan komt men weliswaar dichter bij de waarde d uit d P> X X 7So' 3 0 sin (p q e cos rp

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor het Kadaster in Ned.-Indië | 1931 | | pagina 18