Sln d (~i") (~a2 Sin 9 COS 1 9 (5)
171
echter de methode te kunnen volgen voor elke waarde
van werd door Sossna een tabel samengesteld van
e
de correcties c d p sin d, die na berekening
volgens (3) nog aan den overgang moeten worden
aangebracht
cl 6Z 4- c (4)
Behoudens tafel-onnauwkeurigheden is deze for
mule aequivalent met (1) en daar een andere gonio-
metrische functie optreedt kan deze methode van
Scssna een goede controle geven op de berekening
uit sin d (1).
a
d. Volledigheidshalve wordt nog melding gemaakt van
een andere, meer omslachtige, controle ook door
Sossna aangegeven. („Zeitschr. für Vermessungsw".
1895)
(1) kan worden herleid tot:
Met deze formule, waarin geen enkele cofactor van
1voorkomt, wordt de overgang nogmaals berekend.
Tenslotte wordt ook het terugzoeken van log. sin d
nog gecontroleerd door ook log. 2 cos d te noteeren,
bij log. sin d op te tellen en 2d te bepalen uit
log. sin 2 d log. 2 sin d cos d log. sin d
log. 2 cos d.
4.
Dikwijls komt het voor, dat inplaats van de afstand
a CP, de afstand q SP bekend is, of althans bere
kend kan worden.
In dat geval kan men in A SCP den tangen sregel
toepassen
tg -f o -
a cos cp
e sin CP
