32 heid van de waarneming verhoogen. Bij metingen met de boussole-tranchemontagne, vooral als om het andere punt het instrument opgesteld wordt, zal dubbele aflezing in elk geval aan te bevelen zijn; bovendien moet dan, om de excentriciteit van den kijker (welke hier belangrijk grooter is dan bij de theodoliet- boussole) te elimineeren, het azimuth ook worden af gelezen isn doorgeslagen kijkerstand. b. De astronomische azimuths kunnen op 2 manieren gebruikt worden. In een normaal geval zal men met behulp van een tour d'horizont de plaatselijke boussolecorrectie eruit berekenen. De afwijking van de ten kantore bekende correctie zal door gaans klein zijn en kan bovendien direct van een isogonenkaart afgelezen worden. Veelal zullen echter magnetische storingen op treden, welke weer een verschillend karakter kun nen hebben, inamelijk constant voor het geheele op te meten terrein: de te velde bepaalde correc ties komen onderling wel overeen, maar verschillen belangrijk met die ten kantore; of sterk variee- rend, doordat de bodem hier en daar ijzerhoudend is: er treden belangrijke verschillen op tusschen heen- en terugmeting van de azimuths, de bepaalde correcties komen al of niet overeen, al naar gelang de zonswaarnemingen gedaan zijn op punten zon der of met magnetische storing. In het laatste geval is het onmogelijk om gebruik te maken van de boussole-azimuths. Men zal dus moeten over gaan tot het berekenen der azimuths met behulp van de noniushoeken. Het behoeft geen betoog, dat een groot aantal bekende azimuths (trigon. of astron.) in dit geval van veel nut is. Om altijd tusschen 2 bekende azi muths te kunnen vereffenen, zal men in de eind-

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor het Kadaster in Ned.-Indië | 1932 | | pagina 33