42
bepaald persoon toebehoorende gebruiksrechten op den
grond en konden onder goedkeuring van den sultan (c.q.
oeroenghooifd) gebruikt worden tot overdracht der
rechten.
Vooral in de grootere nederzettingen met hun hetero
gene bevolking loste het Bataksch dorpsverband zich
geleidelijk op en kon de invloed van den sultan ten koste
van het oeroenghoofd zich steeds meer doen gevoelen.
Zoodoende ontstonden dus de z.g. sultansgrants, waarbij
de sultan het gebruiksrecht verleende onder voorwaarde
dat bij kennelijk verlaten van den grond het recht terug
viel aan het Zelfbestuur. Overdracht aan derden was
zonder toestemming' van den sultan niet mogelijk. (Hier
aan is echter meermalen de hand niet gehouden). Regis
tratie van deze rechten geschiedde bij de betrokken kera-
patans (inlandsche gerechtshoven). Gewoonlijk werd geen
hasil tanah (jaarlijksche pachtsom) geheven, zooals bij
Controleursgrants, doch bij overdracht betaalde men bij
wijze van overschrijvingskosten 5% of 10% van de
koopsom al naar gelang overdracht plaats had op sultans-
onderdanen dan wel inlanders-niet-zelfbestuursonder-
danen.
3. Delimaatschappij grants.
Zij danken het ontstaan aan het feit dat aan de Deli-
Maatschappij door den Sultan en diens Rijksgrooten bij
de z.g. „Grant nommer een" het erfpachtsrecht was
gegeven op een stuk grond te Medan voor landbouw
doeleinden en huizenbouw, terwijl tevens hierbij vergun
ning was verleend, om het perceel in kleinere deelen te
splitsen en met hetzelfde doel aan derden (onder-grant-
houders) af te staan. Deze ondergrants waarvan de
registratie plaats had ten kantore van de Deli Maatschap
pij, vervallen zoodra „Grant nommer een" ophoudt te
bestaan (ultimo 1969). Het eigenaardige is dat vaak deze
grants verleend werden met een bepaald doel (b.v. speciaal