23
De bovenstaande formules (5) (8), waarmee nu
een willekeurig aantal al of niet volledige series kan
worden behandeld, geven nog aanleiding tot de vol
gende opmerkingen.
1) ma is de middelbare fout in de gewichtseenheid,
d.i. hier in de eenmaal waargenomen differens d, dus
in het verschil van twee enkele richtingen. De middel
bare fout in de eenmaal waargenomen richting is dus
md VJen de middelbare fout in de door mid
deling van heen- en teruggang verkregen richting
(„dubbele" richting) mr yPVzmd De middel
bare fout mr berekend langs dezen weg is niet
geheel gelijkwaardig met die, berekend uit de „nor
male" stationsvereffening, waarbij wordt uitgegaan
van de gemiddelden van heen- en teruggang.
Volgens de eerste methode zullen n.l. regelmatige
fouten als b.v. fouten in de randverdeeling, grooten-
deels zijn uitgeschakeld, terwijl die in de middelbare
fout verkregen uit de gewone stationsvereffening wel
tot uiting kunnen komen.
2) Waar het gewoonlijk gaat om zeer kleine groot
heden, kunnen soms (voornamelijk bij beperkt aantal
series) de toevallige waarnemingsfouten ten onrechte
den indruk geven van pijlerdraaiing. Het is daarom
gewenscht ook steeds de middelbare fout te bepalen,
welke een bruikbare maat kan zijn voor een juiste
waardeering van de verkregen resultaten. Natuurlijk
kan men ook van te voren de reeks van differensen,
nadat daaruit de collimatiefout is Verwijderd, onder
zoeken op de aanwezigheid van systematische fouten
(i.e. pijlerdraaiing). (Zie b.v. Wellisch: „Theorie und
Praxis der Ausgleichsrechnung").
3) Veronderstelt men dat de S series een gelijk
aantal richtingen bevatten (dus n' n" n'"
terwijl de tijdsintervallen tusschen twee opvolgende