Ill
No. Datum
V.P. 1/55/22 10-10-'33
Onderwerp
Gegevens voor den verpondings
aanslag.
Met belangstelling heb ik kennisgenomen van
het artikel van den heer D. Eenschooten, getiteld:
,,Een en ander over het verzamelen van gegevens
„dienende tot grondslag van den verpondings-
aanslag".
Ik meen echter onder de aandacht van Uw
bestuur te moeten brengen, dat de meening van
den schrijver, dat voor het verzamelen van gege
vens voor den verpondingsaanslag geen gebruik
zou kunnen worden gemaakt van de belangrijke
diensten van het Kadasterpersoneel, niet juist is.
Bij besluit van den Directeur van Financiën
ddo. 5 November 1928 No. V.P. 1/78/17 zijn o.m.
als ambtenaren, van wie de inspectie van Finan
ciën de door haar gewenschte gegevens ontvangt,
(vgl. artikel 22 der Verpondingsordonnantie
1928) aangewezen de ambtenaren van den kadas-
tralen dienst waarmede de onder de verpondings-
ordonnantie-1912 bestaande regeling werd besten
digd (Verg. St. 1912 No. 32 sub „Ten derde"
B en 86 van de in bijblad 11808 opgenomen
„Toelichting" op de bestaande Verpondingsordon
nantie
Van de aldus geopende mogelijkheid om zich,
in het belang van den verpondingsaanslag, te
verzekeren van de medewerking van het kadaster-
personeel wordt, naar mij bekend is, door ver
scheidene inspectiehoofden gebruik gemaakt.