20 waken dat de feiten nuchter worden weergegeven, opdat de persoonlijke opinie niet opgedrongen wordt! En ten slotte dient zelfbeperking in acht genomen te worden, willen de romans niet te uitgebreid worden. De ervaring heeft mij geleerd dat, wanneer er althans geen fouten gemaakt zijn, de Inspectie in zulke kwesties slechts van advies dient en de eind beslissing bij het Hoofd van het betrokken Kadaster kantoor laat. Ik heb goede gronden om aan te nemen dat dit o.a. in verband staat met a) het feit dat de delimiteerende landmeter meer „erin" zit. b) de overweging dat het vaak kleinigheden in het terrein en de origineele oude stukken zijn, die het gevoel geven zóó is het en dat zonder dat de samensteller van de nota e.e.a. precies onder woorden kan of wil brengen omdat die argumen ten zwak zouden lijken dan wel omdat de indruk gewekt zou worden dat hij zijn zienswijze sugge- reeren wil. Meermalen heb ik in gevallen waarop het entre les deux mon coeur balance van toepassing was, niet ge schroomd het oordeel der Inspectie in te roepen en even zoovele malen geconstateerd dat belangstellende critiek en rijpere ervaring mij den juisten weg wees. Mijn persoonlijke opinie is dat e.e.a. een zéér inte ressant werk en een belangrijk onderdeel van ons vak is. Soms brengt het teleurstellingen doordat men zich op een verkeerd spoor bevindt, doch in de meeste gevallen geven de eindresultaten ruimschoots beloo ning' voor de vele moeite en tijd. Ik wil hier nog nagaan wat de juridische gevolgen zijn van de gevallen waarin, ondanks de vele zorgen aan zulk een delimitatie besteed, populair uitgedrukt een knoop zal moeten doorgehakt worden, omdat de

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor het Kadaster in Ned.-Indië | 1934 | | pagina 20