K- er. u c
LYGOON^
B ATA VI
NAUWKEURIGHEID VAN DE
METING TE
Reeds eenige malen zijn in dit tijdschrift mededee-
lingen verschenen betreffende de hermeting van
Batavia de grootste herkadastreering, welke door
onzen Dienst in uitvoering werd genomen. Daar de
mededeelingen in den vorm van afzonderlijke verhan
delingen werden gegoten, meenen we niet gebonden te
zijn aan een bepaalde volgorde der te behandelen
onderwerpen, zoodat we hier eerst een overzicht zul
len geven van de resultaten der polygoneering en later
hopen terug te komen op de uitkomsten der driehoeks
meting.
Hoekmeting en azimuthsvereffening.
1. De meting werd grootendeels verricht met twee
soorten instrumenten, waarvan eenige gegevens hier
onder volgen.
Zeiss („Theodolit I") Nos. 16556 en 16590.
Doorsnede horizontale rand 75 m.m. Automatische
middeling van twee diametraal tegenover elkaar gele
gen plaatsen van den rand.
Randaflezing in 10', micrometer in 1", schatting' tot
in 0".l.
Vergrooting van den kijker 18 X
Hildebrand Nos. 70639 en 70642.
Doorsnede horizontale rand 80 m.m. Verdeeling in
10', aflezing met twee micrometermicroscopen in 5",
schatting tot in 1".
Vergrooting van den kijker 23 X
Jg. 1932/1 „Basismeting-Batavia" en „De oriënteering van het
primaire driehoeksnet van Batavia".
Jg. 1932/4 en 1933/1 „Triangulatie-stations te Batavia".
Jg. 1933/1 „De waterpassing van Batavia".
