4 Op deze wijze te werk gaande, heeft men nu volgens een vereffenings-methode de uit het plan uitgepaste coördinaten gecorrigeerd. Het veldwerk heeft men aldus in het stelsel van het plan georiënteerd, en de Noordpiil van den meetbrief voldoet aan de eischen, welke hem worden gesteld. Over de bij deze methode optredende fouten hieronder aanstonds meer. Men realiseere, dat bij bovenbeschreven systeem men een berekening verkrijgt, welke niet alleen voor den meetbrief geschikt is, doch öök voor de hulpkaart; voor deze laatste is het van groot voordeel, dat bij deze werkwijze de resultaten van de nieuwe meting zijn aangehouden. De methode verschilt in wezen niets met de vroeger en nu nog algemeen gevolgde, zij het slechts voor de hulpkaart, toegepaste methode; men past hierbij ook de coördinaten uit het plan uit, doch en hierin is de groote tegenstelling tusschen beide systemen gelegen men beschouwt deze uitpassingen als basis, als vaststellingen, waaraan niet te tornen valt. De nieuwe meting moet zich aldus correcties, indeelingen laten welgevallen, ten einde tusschen de uit passingen te kunnen worden ingepast. ,,Ingewrongen" ware hier wellicht een betere typeering. Het nadeel van deze werkwijze nu is gelegen in het definitief aanhouden van de eenmaal gedane uitpassingen, welke toch voor correctie, zooals boven is aangetoond, nog alleszins vatbaar zijn. Niet alleen voor veldwerken, waarvan vrijwel geen enkel boussöle-azimuth deugt, geeft het besproken systeem een oplossing, doch het is bij uitstek geschikt voor z.g. „Herzie ningen". Men negeere hierbij eenvoudig de afgelezen boussöle-azimuths. De voorloopige berekening in eigen stelsel, ten einde hierna de z.g. omzwaaiing toe te passen, komt hierdoor te vervallen, hetgeen zeer veel tijdsbesparing geeft.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor het Kadaster in Ned.-Indië | 1935 | | pagina 11