14
van P 704 zijn met behulp der meetbriefgegevens en oude
muren gemakkelijk terug te vinden.
In het algemeen wil ik nog opmerken dat vele G.L.-
meetbrieven maten hebben, die klaarblijkelijk slechts de
beschikbare ruimte tusschen de muren opgeven, waardoor
optellingen van oude frontlengten niet kloppen met oude en
zeer zeker juiste maten en dat bij de onderhavige exemplaren
vrijwel vaststaat dat zij volgebouwde perceelen weergeven.
Deze her constructies leveren een typisch beeld op van de
werkwijze der Gouvernements Landmeters en Ambtenaren
I. en O. en zullen we hieronder het z.g. juridisch deel der
delimitatie behandelen.
Aan de hand van het perceelskohier kwam vast te staan
dat een gedeelte van dit blok voor het eerst ter sprake komt
in 1832 toen „een stuk woeste grond gelegen naast den
Tepehkong" publiek werd verkocht. Een meetbrief werd
bij de inschrijving niet vermeld; volstaan werd met de
mededeeling dat het 34 vadems 2 voet lang en 15 vadems
2 voet breed was (volgens omrekening van Benkoelineesche
maten respectievelijk 62.8 en 28.0 m; 1 vadem 1/2 yard
6 voet).
De eerstvolgende overgang van dit perceel (perceels-
kohiernummer 306) vermeldt een meetbrief en wel No.
363/1843, welke later vervangen werd door mbr. 462/1848.
Deze vervanging is een copie waarbij enkele flauw gebogen
grenzen recht werden.
P 306 werd in het tijdvak 1853-1869 in drie deelen gesplitst,
welke splitsingen in akten werden vastgelegd. We kregen toen
P 432 mbr. 568/1853
P 489 642/1861
P 559 225/1869
Verder komt in dit blok nog voor P 76 mbr. 97/1838,
welke laatste evenals de eerste meetbrief van P 306 zeer goed
uitzetbaar was (zie de kaartjes I en II).