16 P 306 bestond theoretisch niet meer doordat successievelijk hieruit P 432 en P 489 gesplitst en verkocht waren. Ten rechte was er een restant (het latere P 559) doch het is zeer de vraag of The Teng Eng (de toenmalige kapitein-Chinees) daarop volledig recht had. In ieder geval laat de kaart II zien dat hij zijn 4/6 deel meer dan ruimschoots binnenhaalde De delimitatie der perceelen P 559 en P 489 is hiermede beëindigd. Zij voeren, via een aantal latere (foutieve en de occupatie aangevende) meetbrieven naar de verpondings- nommers 1 en 489. P 432 en 76 ondervonden eveneens een eigenaardige behandeling door de betrokken ambtenaren en wel in 1888 toen van deze perceelen vier splitsingsmeetbrieven werden afgegeven, Nos. 70 t/m 73. Deze meetbrieven bedoelden te omschrijven P 432 en het nog intact zijnde P 76, welke beide ten name van één eigenaar stonden, doch de oude meetbrieven werden daarbij genegeerd. We constateeren bij deze splitsing dan ook twee principieele fouten: A. Een formeele fout (verkaveling zonder voorafgaande samentrekking) welke aan de rechtsgeldigheid geen afbreuk doet. B. Een technische fout op drie plaatsen welke geredresseerd dient te worden naar de bedoelingen die destijds voor zaten» Deze redresseering omvat (zie kaart III); 1) onttrekking der grensoverschrijding a; 2) inlijving der overschotten b en c bij de verkavelde stukken door verlenging der N-Z loopende tusschen- grenzen. Opgemerkt wordt dat de aldus geredresseerde stukken wat betreft de perceelen mbr. 70, 71 en 73/1888 geen verdere moeilijkheden geven en voeren naar de recente verpondings- nommers 636, 48 en 49, wederom via, foutieve en de occupatie aangevende, latere meetbrieven. Het perceel mbr. 72/1888 P 673 geeft nog aanleiding tot de navolgende opmerkingen:

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor het Kadaster in Ned.-Indië | 1935 | | pagina 23