18
In dit speciale geval zijn dus mbr. 363/1843 en mbr.
97/1838 voor ons maatgevend en zijn slechts wijzigingen
toegestaan die passen in de delimitatiebasis, welke (gezien
de kwaliteit der oudste gegevens) in dit geval niet geheel en
al volmaakt is. Zijn er punten van twijfel dan wordt, het
belang der eigenaren zooveel mogelijk in het oog gehouden.
Plasman.
ARTIKEL 13
DER OVERSCHRIJVINGSORDONNANTIE.
Zooals bekend schrijven de artikelen 13 tot en met 18 der
Overschrijvingsordonnantie (Staatsblad 1834 No. 27) de taak
voor die de Gouvernementslandmeter i.e. de kadaster
ambtenaar belast met de functiën van Gouv. landmeter, te
vervullen heeft ter zake van overschrijving van onroerende
goederen en zakelijke rechten daarop. Hoewel deze artikelen
bij ons allen bekend zijn, mag ik toch veronderstellen dat
men eerst tot een grondige bestudeering, in het bizonder
van artikel 13, komt, zoodra men dagelijks landmeters
kennissen heeft op te maken.
Voor die collega's die hiertoe, door omstandigheden,
nog niet gedwongen werden, wil ik in het onderstaande voor
ditmaal artikel 13 eens nader onder de loupe nemen.
De eerste alinea van het artikel luidt als volgt:
„Overschrijving heeft niet plaats, vóórdat uit eene door
belanghebbenden over te leggen landmeterskennis blijkt,
dat aan den Gouv. landmeter of aan den persoon, aan wien
de functiën van Gouv. landmeter zijn opgedragen, kennis
is gegeven van de overschrijving, welke wordt verlangd,
zullende in geval van verkoop bij die kennisgeving tevens
opgaaf moeten worden gedaan van het bedrag waarvoor de
overdracht geschiedt en van den persoon die verplicht is tot
de betaling der op de overschrijving vallende ongelden".