11
van de resolutien deezer tafel van den 17 November
1761 en 14 December 1762 te ordonneren alle erven,
tuinen en landerijen binnen of buiten de stad ge
legen die sedert 1740 niet zijn gemeten, daaronder
mede begrepen die waarvan door deeze Regering
p, 406 eigendoms brieven zijn verleent, de novo door de
gezworen landmeters te laaten meeten om de regte
belending en te konnen bekent stellen onder deeze
restrictie nogtans, dat diergelijke metingen alleen
Zullen moeten plaats vinden bij den eersten verkoop
en niet eerder of meermalen, dan wel bij overschrij
vingen, opdat uit het nuttig oogmerk dat men hier
mede bedoelt niet werde geintroduceert een druk
kende lastpost voor de ingezetenen.
Ten vierden, om in alles een geschikte order
in agt te doen nemen schepenen te qualificeren in
de zuider voorstad, of op een andere bequame
plaats een groot uit de grond opgetimmert Huis in
te huuren, tegen vijf en twintig rds 's maands, ten
laste van de stads kasse, ter oprigting van een
landmeters Comptoir om gebruikt te worden zo
ten dienste van schepenen als Heemraden der
Bataviasche Ommelanden, en de landmeters nevens
hunne adjuncten te ordonneren, niet alleen dagelijks
op dat Comptoir te verschijnen en een ieder den
p. 407 dienst te staan zo als geschiet bij deezen, maar ook
daar te bewaren alle kaarten en andere de land-
meterij concernerende documenten, als mede de
registers ten voorschreven comptoire effen te houden,
en de kaarten bij alle voorvallende gelegentheden
te verbeteren mitsgaders niets van hetgeen tot hun
nen dienst betrekkelijk is aan hunne woningen te
verrigten, veel min grondbrieven op andere plaatsen
te ontvangen, of originele kaarten van het Comptoir
mede te neemen, welk laatste nogtans verstaan
wierd gepermitteert te laaten aan die geenen, welke