6
door middel van een bijgevoegde herzieningsstaat.
Van de geplaatste palen worden de usantieel voor
geschreven patokboekjes samengesteld.
D. Eenschooten.
BATAVIA'S KADASTER ONDER DE V. O. C.
In de vorige aflevering werd op mijn verzoek de text der
resolutie van 31/3 1788 zonder meer opgenomen. Het was
namelijk mijn bedoeling die te volgen bij de verdere toelichting
en daartoe leek het dienstig dat men die text hier naast zou
kunnen leggen. Met de toelichtingen hoop ik dan terug te gaan
tot de eerste periode, die in 1921 en 1923 al in dit tijdschrift
is behandeld. Een vervolg der geschiedenis na 1778 laat
ik liever aan deskundigen over; het zal hun wel al getroffen
hebben hoezeer de grondbeginselen van heden toen al vast
gelegd waren.
Allereerst moet wel toegelicht, waarom in de aanhef nog
een en ander werd opgenomen over de slechte finantien dei-
stad. Dit deed ik om te laten zien hoe toen wetgeving en
administratieve regelen geheel gelijk behandeld werden met
afdoening van bijzondere gevallen. Dat het resultaat niet
slechter was dan de, later en zozeer op zichzelf bestudeerde,
Hollandse wetgeving is in dit geval duidelijk gebleken. Daarbij
komt nog dat, zoals verderop zal blijken, een groot deel der
regeling nog veel ouder is.
Uit de combinatie van besluiten moet zeker niet de conclusie
getrokken worden dat de finantien hoofdreden tot het besluit
waren. Veeleer was dit het verrichten van het „nuttige en
nodige". Bij de regeling voor de hypotheken in 1708 was er
uitsluitend sprake van „de middelen die tot securiteijt der
(Vervolg)
