33
daar men zulks in de Inl. samenleving ook vaak ziet
gebeuren.
Zij, die den I.E. willen laten zakken tot het peil van
den tani wordt tegengeworpen, dat het een cultuur-
belang is, dat proces tegen te gaan en dat het Gouv.
in ieder geval moet doen wat mogelijk is.
Nog wordt er op gewezen, dat het streven moet zijn te
komen tot het vormen van een Europeesche boeren-
middenstand, die tot voorbeeld van de omgeving zal
zijn, d.w.z* dus van den Inl.
Dat het proces van gelijkstelling met den Inl. het pro
ces van zelfbestuur zal verhaasten kan als pro en als
contra worden aangevoerd.
VI. De bezwaren tegen klein-erfpacht ingebracht worden
in het algemeen erkend. Er is een tendenz om het insti
tuut mislukt te achten, als gevolg van ongeschiktheid
van den I.E. door gebrek aan aanleg, landbouwkennis,
economisch inzicht, uithoudingsvormogen, kapitaal enz*
Reserveering van gronden door de Regeering, door haar
eerst als onmogelijk gekwalificeerd, schijnt in de
toekomst toch mogelijk geacht te worden, gezien de
toezegging van de Regeering in den Volksraad om
een onderzoek in te stellen. Het Boschwezen heeft
toegezegd, dat binnen afzienbaren tijd een boschreser-
veeringsplan gereed zal zijn, zoodat het advies van dien
dienst bij aanvrage in klein-erfpacht zal komen te
vervallen.
VII. Tegen het toekennen van rechten op grooten schaal
wordt aangevoerd, dat indien de I.E. in het desaverband
treedt, dit verbroken zal worden en de Infr. zelfstandig
heid verloren zal gaan. Bovendien is er toch al zoo
weinig grond voor den Inl. op Java, zoodat er zelfs
kolonisatie plaats moet hebben. Daarbij beroept men
zich nog op de Agrarische Wetgeving (art. 51 I.S.), die
speciaal den Inl. in bescherming neemt. Door het
binnendringen zou een verzwaring van lasten voor den