36 iDe verkrijgers moeten zijn I.E.-blijvers met een redelijke kans van slagen* 2* De te verkrijgen grond mag een maximum niet te boven gaan (i a 10 bouw)* 3* Die gronden mogen slechts een bepaald percen tage van het desa-areaal uitmaken (2 a 10 4* De verkrijging zal moeten plaatshebben ten over staan van een overheidsorgaan (ambt* B.B* of Landraad) met bekrachtiging van H*G*B. 5* De vervreemding mag niet in strijd zijn met het plaatselijke adatrecht* 6* Vervreemding mag alleen plaatshebben aan Inl* of I.E.-blijvers. Is de verkrijger een I.E., dan ware het recht over te schrijven, kwam de grond daar na weer in handen van den Inl. dan zou het recht weer Inl. bezitrecht worden en zou afvoering uit de registers moeten plaats hebben* 7* Lasten en diensten verbonden aan den grond zouden vervangen moeten worden door een bijdrage aan de desa kas* 8. In het toezeggingsbesluit zou een bebouwings clausule moeten voorkomen. Naar aanleiding van deze wenschen doen zich eenige vragen voor: I* Wat de aard en inhoud van het recht is* 1* De eerste opvatting is, dat het slechts gelijk mag zijn aan dat, hetwelk den Inl. had, wat wordt gemotiveerd a*v*: a* Het Inl. grondbezit is van bijzonderen aard* Het adatrecht kent er bijzondere lasten aan toe (b.v* de desadienstplichtigheid) en, rede neert men, met de lusten behoort men ook de lasten te dragen* Er zouden enclave's ontstaan in het desa- verband van gronden, verkeerende in een

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor het Kadaster in Ned.-Indië | 1937 | | pagina 38