45 Ad ADit verlangen naar het bezit van een eigen erfje, een eigen dak, leeft overheerschend. Daartegen ware in te brengen, dat zulks een alg. menschelijk verlangen is. Het gaat hier echter niet om de beter gesitueerden, noch om de minvermogenden, doch om de middenklasseaan wier wensch voldaan zou kunnen worden, als de agrarische wetge ving geen bezwaren in den weg legde. Gedoeld wordt hier speciaal op de moeilijkheden bij de verkrijging van gronden in eigendom. Eerst moet men den grond af koopen van den Inl,, wat juridisch geconstrueerd wordt als prijsgeving aan het Gouv,, waarna men zich tot het Gouv, moet wenden, dat tenslotte dien grond na een uitgebreid onderzoek weer verkoopt, terwijl men dan nog om eigenaar te worden zijn recht moet laten inschrijven. Vooral in het dubbele koopen ziet men een groote onbillijkheid, wat door de commissie verklaard wordt uit het niet begrijpen van het domeinbegin selWat men aan het Gouv. betaalt zou geen werkelijke koopprijs zijn, doch men zou betalen de meerwaarde van den grond. Dit is het verschil in waarde tusschen eigendoms- grond en Inl, bezitsgrond. Economisch is het dus geen koop prijs, doch men betaalt de waardevolle diensten van de overheid, daar men een veiliger en beter recht krijgt. Ver werpt men dit argument, dan is de koopprijs altijd nog een rem, een practisch middel om grond van Inl, niet al te vlot te doen overgaan in Europ. handen. Daartegenover staat weer, dat het vervallen van den koopprijs'' naar alle waar schijnlijkheid den „afkoopprijs zou doen stijgen. Hiermede, zegt de commissie, wordt het vorige argument weer te deele teniet gedaan. Doch in ieder geval zou te con- cludeeren zijn, dat wegvallen van den koopprijs ten behoeve van het Gouv. het verkrijgen van eigendom voor den I.E. niet makkelijker zou maken. Een groot bezwaar, althans in de oogen van de commissie, bij het vervallen van den koopprijs, waardoor de afkoopprijs zou stijgen, zou zijn, dat de InL een extra winst maaktdie niet gerechtvaardigd isEen tegenargument voor de meerwaarde-theorie is het

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor het Kadaster in Ned.-Indië | 1937 | | pagina 47