3
De Landmeters van dit bureau geheel opgenomen
in het corps Gouvernementsambtenaren en 1475*
's maands ter beschikking gesteld voor de salarissen
van Landmeters, klerken, bureauonkosten enz.
1844: Eerst thans een plan ontworpen tot een statistieke
opname der Inl. gronden om te komen tot een regel
matige heffing der landrente*
1845: Inplaats van den Landmeter wordt de Algemeen
Ontvanger belast met de inning der verponding, het
geen een verlies van 5 der inkomende gelden van
het landmeters kantoor beteekent.
1847: Men komt tot de ontdekking, dat er nog geen ver
betering is gekomen in den ongelukkigen toestand op
het Kadastraal Bureau. Door gebrek aan deskundigen
en aan geld werden alle gegevens geput uit de oude
koopbrieven. De Regeering besluit het bureau in dien
toestand te laten. Het werk wordt vrijwel gestaakt.
1851: De eerste proef met een statistieke opname in de
Residentie Cheribon.
1853: De proef gestaakt, daar de thans bevolen topografische
opname tot basis zal strekken. Begonnen wordt met
Cheribon, Banjoemas en Bagelen.
1857: Voor de eerste maal een programma voor het land
metersexamen vastgesteld.
1859: Hoofdingenieur Tromp sterft en het Kadaster komt
onder supervisie van den Resident van Batavia.
1863: De Gouvernements-Landmetersinstructie van 1837
toepasselijk verklaard voor de overige gewesten van
Java en Madoera.
Op de hoofdplaatsen worden onbezoldigde Gouver-
nements-Landmeters benoemd door den Resident.
1864: Er heeft een reorganisatie plaats van de Statistieke
Opname. Het toezicht berust bij Inspecteurs en aan
het hoofd van elk der vijf (later zes) secties staat een
controleur B. B., bijgestaan door een landmeter
In Kedoe wordt met de werkzaamheden begonnen.
