108 ten behoeve van den groot-landbouw, wilde deze bewindsman hem op den grond, die door hem op een of andere wijze ge bruikt werd, het eigendomsrecht toekennen. Daarmee zou de knoop zijn doorgehakt en zou het domeinbeginsel nooit zijn uit gegroeid tot het wanproduct, dat het thans is. Want dan zou wel alle grond, waarop geen eigendom kon worden bewezen, domein van het Land zijn geweest, doch naast het eigendoms recht was dan ook het Inl. bezitrecht niet door de domeinver klaring getroffen. De domeinverklaring zou dan geen andere sterkking gehad hebben dan art. 520 B.W., dat bepaalt, dat onroerende zaken, die onbeheerd zijn en geen eigenaar hebben, aan den Lande behooren. Echter durfde de Tweede Kamer het niet aan het Inl. be zitrecht als een volwaardig eigendomsrecht te erkennen en Fransen van de Putte moest zijn ontwerp intrekken. Zijn op volger, de Waal. had meer succes. Diens ontwerp werd tot wet verheven en is thans nog de grondslag van de Agrarische wet geving. Uit de Agrarische Wet (de vijf laatste alinea's van art. 51 I.S.) zou zijn af te leiden, dat de Regeering nog steeds op het oude standpunt staat, waar n.l. gesproken wordt van „afstaan in eigendom". We zagen reeds, dat die afstand in feite neer komt op een erkenning, daar het Gouvernement de conversie niet kan weigeren, indien er eenmaal een declaratoir vonnis van uitwijzing is. Floewel theoretisch het domeinbeginsel ge handhaafd is t.a.v. de Inl. gebruiksgronden, is er voorzoover het betreft de verhouding, Gouvernement-Inh, geen sprake meer van de Vorsten-theorie (buiten beschouwing blijft hier de prac- tische beteekenis, die de Regeering eraan toekent, bij de ver houding Inl.-niet Inl.). Immers bepaalt alinea 6 van art. 51 I.S.. dat het Gouvernement over die gronden niet kan beschikken dan in het geval van onteigening ten algemeenen nutte. Het gebruiksrecht is dus beschermd tegen iedere privaatrechtelijke inmenging, ook van het Land. Zoo'n gebruiksrecht wordt tot eigendom, i) ls dus het Inl. bezitrecht reeds eigendom, wil x) Zie Nolst Trenité: „Praeadvies" blz. 208.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor het Kadaster in Ned.-Indië | 1937 | | pagina 32