119
het object het tegenwoordige meetbriefstelsel gehandhaafd dient
te worden, dan wel tot een ander stelsel zal moeten worden
overgegaan, daar het m.i. zeer de vraag is of de hooge kosten,
verbonden aan het opmaken van den meetbrief in zijn huidigen
vorm, in dit geval economisch wel verantwoord zijn.
Een en ander zal tot gevolg hebben een aanzienlijke uitbrei
ding van den werkkring van den Kadastralen Dienst, waarbij
vele moeilijkheden te overwinnen zullen zijn. Het is niet de op
zet van een registratie, die de grootste zorg baart, doch de bij
houding ervan. Jaarsma zegt, waar hij de overschrijving van
het agrarisch eigendomsrecht behandelt 1,,IJe bewaring en
de lokaliteit van de bewaring (van de minuten der eigendoms-
acten) is dus behoorlijk althans veel beter dan van opgenoemde
registers van grondmutatie en grondverpanding (d.z. de desa-
registers), doch de overschrijving van den eenen agrarischen
eigenaar op den anderen laat in praktijk veel te wenschen,
aangezien opvolgende rechtverkrijgenden dikwijls verzuimen
den overgang te laten boeken, zoodat de registers onbetrouw
baar zijn.
De eenige remedie voor dezen warboel is er eenheid en regel
maat in te brengen door alle grondmutatie en bezwaring op te
dragen aan een en denzelfden magistraat n.l. een buitengewoon
agrarischen voorzitter van den landraad" enz. Alsof daarmee
de kwestie was opgelost! Daarin zie ik nu juist geen remedie.
Het aantal verzuimen zal legio blijven zelfs al wordt er een
boete gesteld op verzuim van overschrijving, gelijk Jaarsma
tevens voorstelt.
Het is niet de rechter, die dit euvel kan bestrijden, doch
slechts hij, die dagelijks met subject en object in aanraking
komt. Een vrij langdurig opvoedingsproces zal de Ink nog
moeten doormaken, alvorens hij zelf het groote nut van een
regelmatige overschrijving inziet. Daarom zal niet afgewacht
moeten worden, of belanghebbenden zich tot den overschrij
vingsambtenaar zullen wenden, doch zal de laatste de over-
D „Grond voor den Nederlander" blz. 85.