124 art. 9 jo. art. 12 van K.B. 1872 No. 29 is de landraad, bij het onbenut verstrijken van den voor het aanteekenen van verzet gestelden termijn en wanneer tevens de stukken in orde zijn, verplicht het verzoek, zonder eenig onderzoek, toe te wijzen. Dat kan het bestuur ook wel. Vóór alles worde den Inl. een gang naar den landraad bespaard. De weg daarheen moet alleen open blijven als het gaat om uitwijzingskwesties, die niet voor minnelijke schikking vat baar zijn. 10. Het vervreemdingsverbod blijft gehandhaafd, ook. t.a.v. den minder-bemiddelden I.E. Deze zal zijn recht slechts mo gen overdragen aan den Inl. of klassegenootaan den an deren niet-lnl. slechts, voorzoover hem dit bij uitzondering van Gouvernementswege vergund wordt. Een dergelijke be paling zou opgenomen kunnen worden in de wettelijke re geling van het grondbezit van den minder-bemiddelden Europ., evenals de uitzondering op het algemeen vervreem dingsverbod van Stbl. 1875 No. 79. Dit laatste ware te wij zigen in den zin, als door de Commissie Spit aangege ven. 2) Voor een redactie als door Nolst Trenité voorgestaan ware. meer te zeggen, doch daarvan zal eerst sprake kun nen zijn, als het Gouvernement breekt met zijn domein- recht op Inl. gebruiksgronden en den koopprijs dientenge volge laat schieten. 11. Eten van twee wallen doet de I.E. niet als hij een recht krijgt, dat slechts de voordeden oplevert, die er ook voor den Ini. aan verbonden zijn en de laatste kan zich niet ten achter gesteld voelen. 12. Ook krijgt hij een goedkooper recht. De koopprijs aan den Lande veiwalt. Wel zou van hem een gering overschrij- vingsrecht geeischt kunnen worden ter vergoeding van de „waardevolle" overheidsdiensten. 1) Maassen en Hens, t.a.p. blz. 45. 2) T.K.N.I. jaargang 1937 blz. 62.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor het Kadaster in Ned.-Indië | 1937 | | pagina 48