173
de organisatievoorstellen van de commissie van 1871, aan
te vullen met de suggesties van genoemde heeren.
De koninklijke goedkeuring werd verkregen en naar aan
leiding daarvan werd de landmeter bij het Kadaster in Ne
derland, J.B. Hiddink, naar Indië gezonden, om belast te
worden met de leiding der kadastrale werkzaamheden te
Batavia.
III. De uitvoering der reorganisatie.
Of er, alvorens aan het werk te gaan, nog onderzoekingen
zijn verricht, is niet na te gaan. Waarschijnlijk is het niet,
want eerstens had Motké uitdrukkelijk op de overbodigheid
daarvan gewezen en ten tweede blijkt daarvan niets uit de
eerste Instructie, het eenige gegeven, dat te onzer beschik
king staat, om de oorspronkelijke wijze van werken te leeren
kennen.
Die Instructie voor dc kadastrale opmeting der Af deeling Ba-
lama (Stad en Voorsteden) vam dc residentie Batavia werd ge
arresteerd bij besluit van den Resident van Batavia dd. 12
Augustus 1874. Hiddink had in Januari 1874 zijn functie
aanvaarden en aangenomen mag dus wel worden, dat de
instructie van zijn hand was. Behoudens enkele verschillen
werd zij later vrijwel woordelijk overgenomen in Stbl. 1875
No. 183, bevattende Algemeene voorschriften betreffende de
kadastrale metmgen in Nederlandsch-Indië. x) Aangezien
dit staatsblad, oorspronkelijk alleen geldend voor de 3 hoofd
plaatsen van Java (Batavia, Semarang en Soerabaja), bij
Stbl. 1879 No. 164 toepasselijk verklaard voor geheel Ned.-
Indië, thans nog van kracht is, mag het overbodig heeten
den geheelen inhoud van de eerste Instructie hier weer te
geven. Men volgde dezelfde werkwijze, die destijds bij de
Hollandsche kadastreering was toegepast. 2)
t) Zie„Instructie betrekking hebbend op den Kadastralen Dienst".
Deel I, pag. 30 e.v. (uitgave 1902).
-) ZieM. de Vos, „Het Kadaster", blz. 8 e.v.