ZONSWAARNEMING ZONDER AF!
DEN TIJD.
ÉZING VAN^y
Bij de door het Kadaster gevolgde methode van zons-
waarneming wordt aan de aflezing van den tijd een vrij
aanzienlijke rol toebedeeld. De mantri, die welgemoed zijn
standplaats verlaat, om zich voor een maand of langer te
begraven in de rimboe, zal angstvallig zijn horloge met de
laatst-zichtbare stationsklok gelijk zetten. Immers niet al
tijd zal hij spoedig weer in de gelegenheid zijn, de regel
matige gang van zijn uurwerk te contröleeren, aangezien de
plaatselijke kampongtijd als vergelijkingsobject moeilijk in
aanmerking kan komen.
Een onverwachts stakend horloge zal dan ook voor den
mantri niet veel minder dan een kadastrale ramp beteeke-
nen, want met de aflezing van den tijd staat of valt voor
hem de mogelijkheid tot het verrichten der vereischte zons-
waarnemingen.
Maar we willen aannemen, dat het horloge aan de ge
stelde verwachtingen zal blijken te voldoen, terwijl ook de
zon zich van haar goede kant laat kennen. De mantri zal
nauwgezet het tijdstip der waarneming aflezen. Zelfs is de
mogelijkheid niet gering, dat hij zich daarbij laat verleiden,
meer aandacht aan den tijd te besteden dan aan de zuivere
aanraking der zon aan de beide kruisdraden.
En toch behoeft, rekening houdend met het eigenlijke doel
der tijdaflezing de voldoende juiste bepaling van de de
clinatie het tijdstip der waarneming feitelijk niet zoo
zuiver bekend te zijn. Natuurlijk kan worden aangevoerd,
dat slechts bij nauwkeurige tijdaflezingen, de bekende hoog-
te-tijd-contröle van het kadasterformulier volledig tot haar
recht zal komen. Aan deze controle wordt groote waarde ge
hecht. Toch moet hierbij niet worden vergeten, dat het voor
een pientere matri niet zoo heel moeilijk kan zijn, op het
terrein zelf die controle te verrichten en desnoods uit de
onderlinge hoogteverschillen der 4 waarnemingen, de bijbe-
hoorende tijdintervallen te berekenen en in te vullen. Der-
RlRL'.CT- m
|,Tg19flAf|