21 wil de technische grondslag, benoodigd voor de vastlegging der grenzen van objecten, waarop eigendom en zakelijke rechten zijn gevestigd, in geheel Nederlandsch-lndië gereed zijn. Gaan wij nu na hetgeen in het verleden gedaan is voor het onderhoud der verzekeringen, dan zien wij in de 2e periode een incidenteele verwisseling der aan het wegoppervlak vertikaal bo ven den paal geplaatste patoks, wanneer deze bij latere metingen werden gebruikt, en in de 3e en 4e periode, waarbij de gemeenten door hun financieele bijdragen in de verzekering zijn geïnteres seerd, incidenteele herstellingen na berichtgeving van de tech nische gemeentediensten bij wegveranderingen. Overige storingen werden nu en dan wel opgemerkt, maar niet opgeheven. Het resultaat van dit alles is dat van de in de 2e periode geplaatste polygoonpunten zoo goed als niets meer te vinden is, dat het aantal klachten over de straatpotten-verzekering van Ban doeng legio is en dat we van den toestand der latere verzekerin gen weinig afweten. Dit weinige, geput uit de aansluitingsmetingen t.b.v. de vast legging der nieuwe perceelsgrenzen en de mededeeling van de gemeentediensten, geeft weinig reden tot optimisme. Integendeel, de vrees is gewettigd, dat langzaam maar zeker t.a.v. de punten, geplaatst in de 3e en 4e periode, een toestand zal worden ver kregen gelijk aan die van de punten der 2e periode, indien niet slechts de voortschrijdende degeneratie van deze netten tot staan wordt gebracht, maar tevens de noodige verbeteringen worden aangebracht. Nu zijn inderdaad in de 3e en 4e periode verbeteringen aan gebracht, maar slechts incidenteel en voornamelijk, indien door andere technische diensten werd gerapporteerd, dat door het op breken of veranderen van den weg de verzekering in gevaar werd gebracht. Deze diensten verleenden dan hun hulp bij het aan brengen der herstellingen. Het was trouwens ook moeilijk voor den kadastralen dienst, die niet beschikte over bouwkundige werklieden en de noodige fondsen, reparaties e.d. uit te voeren, hetgeen ech ter aan het geconstateerde feit niets afdoet. Het blijven stilstaan bij dit geconstateerde feit beteekent niet minder dan het berusten in langzaam afsterven, hetgeen in de gegeven omstandigheden geenszins noodzakelijk is. Maar dan moet ook een geneesmiddel worden toegepast en n.m.rn, moet dan naast het dadelijk aan-

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor het Kadaster in Ned.-Indië | 1938 | | pagina 26