176 (aflev. 1) van hetzelfde tijdschrift: „Aanteekeningen bij de voor stellen nopens het lndo-Grondbezit", waarin hij zijn oordeel gaf over het Rapport Spit. Op één punt, den rechtsvorm waarin de vergemakkelijkte toegang aan den Indo geboden zal worden, wil de Bataviasche hoogleeraar nader ingaan. Evenals de Commissie-Spit acht hij het Inlandsch bezitrecht den meest geëigenden rechtsvorm voor den kleinen grondbezitter. Bij de debatten in het Indisch Genootschap op 10 November 1937 bleken vrijwel alle deelnemers een andere meening te zijn toe gedaan, vnl. t.a.v. den landbouwgrond. De geopperde bezwaren wil hij trachten te weerleggen. Vóór dien rechtsvorm voerde Prof. Logemann in zijn vorig artikel het volgende aan: ,,a. het recht geeft volle zeggenschap over den grond; b. het is een duurzaam, geen tijdelijk afloopend recht; c. het mist de voor den kleinen man moeilijk hanteerbare en dus voor zijn rechtshandhaving gevaarlijke verplichting tot (in- en) overschrijving; d. het is vatbaar voor zakelijke zekerheidstelling, doch alleen bij de sociaal-ethisch werkende Algemeene Volkscredietbank; e. het is niet juridisch geïsoleerd van zijn omgeving, hetgeen het aantrekken en afstooten van grondstukken, alsmede grens- rectificaties zeer vergemakkelijkt en den grond niet afsnijdt van zijn natuurlijke markt". Hij wil het vraagstuk beperken tot droge gronden; vrijwel allen ook in het genootschap verzetten zich n.l. tegen indo-sawahbezit. Inlandsch beschikkingsrecht en communaal bezit zijn van geen beteekenis voor droge gronden, zoodat daarmede geen rekening behoeft te worden gehouden. „Velen Meyer Ranneft, Barre willen de mogelijkheid open houden van vervallenverklaring van het recht van den kleinland- bouwer, als waarborg, dat de grond gebruikt worde voor het sociale doel, waarvoor hij is beschikbaar gesteld. Wil men deze voorzorg ook bij beschikbaarstelling van inlands bezitrecht be houden, niets is gemakkelijker," zegt prof. Logemann. Zie het artikel van Dr. de Stoppelaar, blz. 165 e.v. v. H.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor het Kadaster in Ned.-Indië | 1938 | | pagina 68