202 der nota van den Ingenieur van Bergen; den omvang van de taak van het kadaster bij de opnemingen ten behoeve van den aanslag der landrente. De Gouverneur-Generaal is van oordeel dat de beantwoording van deze vraag aan UHEdG. moet worden overgelaten. Is de be hoefte aan instructiën zeer groot, dan zou, ondanks het zooeven vermelde, dadelijk de hand aan het werk moeten worden geslagen. Op last van den Gouverneur-Generaal heb ik de eer UHEdG. het vorenstaande mede te deelen met verzoek 0111 de onderwerpe- lijke aangelegenheid in verband daarmede in nadere overweging te willen nemen." Hiermede was het ontwerp-Verstijnen volkomen veroordeeld en het laat zich begrijpen, dat van inwerkingtreding niets is gekomen. Toch is Verstijnens arbeid van beteekenis geweest voor latere kadastrale generaties. Men is zich de fouten, die het nieuwe sys teem aankleefden bewust geworden en heeft tevens leeren inzien daartoe werd althans de gelegenheid geboden - wat onder wetgeving valt te verstaan, doch bovenal wat wetgeving niet moet zijn. Principieele wijzigingen hebben de kadastrale voorschriften niet meer ondergaan. Wel is omstreeks 1900 gevolg gegeven aan de suggestie der Regeering, vermeld onder 2de van het hierboven weergegeven schrijven en verscheen in 1902 als resultaat een Instructie, be staande uit 4 deelen, waarin alle bestaande voorschriften, circu laires enz., voorzoover ze op de kadastrale taak betrekking had den, waren opgenomen. De destijds heerschende ideeën op kadastraal gebied leeren we vooral kennen uit de reeks waardevolle adviezen, die naar aan leiding van het ontwerp werden uitgebracht. Een dier adviezen, n.l. dat van den Soerabajaschen Ingenieur G. F. Wiemans is hier boven slechts terloops vermeld. Daar aan het oordeel van Wiemans, een der eminenste figuren, die Indië op kadastraal-adnrinistratief gebied heeft gekend, meer waarde te hechten is, dan aan dat der andere raadgevers, wordt het volgende hoofdstuk geheel ingeruimd voor zijn meening. 1 r) Hoewel taal en stijl van het advies spotten met de eischen, daaraan te stellen, heb ik gemeend geen correcties te moeten aanbrengen om niets van de suggestiviteit verloren te doen gaan.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor het Kadaster in Ned.-Indië | 1938 | | pagina 23