204 alle perceelen waarop zakelijke rechten waren gevestigd. De een heid ('t perceel) was daarin het grondstuk waarop bij eene ge rechtelijke acte, een zakelijk recht gevestigd was. Dit register werd aangevuld door het register van meetbrieven waarnaar verwezen werd voor de „breedere" omschrijving. In dit register vond men op elk folio de algemeene ligging van het per ceel, de kaart die zoowel plan als veldwerk was (of behoorde te zijn) de omschrijving der belendingen, de afmetingen, den inhoud en een slot. Beide registers (verp. cohier en register van meetbrieven) vorm den tezamen het eigendoms-kadaster, en strekten tot basis van rechtszekerheid, en tot de kennis zoo van de bezitters, als van den aard der rechten en van ligging, uitgestrektheid en begren zingen der perceelen. Tot aanvulling dienden de blokkaarten die het onderling ver band der perceelen daar stelden en opgemaakt waren of behoorden te zijn opgemaakt overal waar die perceelen aaneengesloten groe pen of blokken vormden. Dit dus wat aangaat het eigendoms-kadaster. Ten behoeve der grondbelasting was een kort uittreksel ge maakt uit het verpondingscohier waarin waren bekend gesteld de nommers der perceelen, de korte omschrijving, cie laatste eigenaar, de laatste acte en tenslotte de geschatte waarde. Dit was 't verpondingsregister. Deze administratie werd verder aangevuld door het register van landmeterskennissen, zijnde dit stukken opgemaakt ten gevolge van elke aangifte van eigendoms overgang, welke strekten tot voor lichting van den ambtenaar, belast met de in- en overschrijving van vaste goederen en tot basis van de nieuw op te maken ge rechtelijke acte. Dit alles was dus al zeer eenvoudig, en de doeltreffendheid van deze administratieve inrichting blijkt duidelijk, nu, dat vele jaren na de invoering van de Kadastrale administratie deze de eerst genoemde niet heeft kunnen verdringen of vervangen niet alleen, maar nu, ten allen tijde nog van de bijhouding van de oude regis ters het hoofdwerk is gemaakt. De fouten die 't oude Kadaster aankleefden lagen naar mijn be scheiden meening niet zoozeer aan de samenstelling als aan de samenstellers, dat waren de particuliere landmeters, waarvan een

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor het Kadaster in Ned.-Indië | 1938 | | pagina 25