Het gedeelte boven de dubbele streep onderscheidt zich van de gewone oplossing der normaalvergelijkingen alleen, doordat de beide kolommen voor a en f2 hieraan zijn toegevoegd. De coëffi ciënten voor de beide normaalvergelijkingen van x en y zijn dus gevonden, zoodat de beide onbekenden te berekenen zijn. Het een voudigst geschiedt dit door het schema gewoon te vervolgen, zoo als onder de dubbele streep geschied is. Wij hebben hieraan enkele nullen toegevoegd, met de bedoeling om aan te toonen, dat de geheele bewerking, van het begin tot het einde, niets anders is dan het samenstellen en oplossen van de volgende 5 normaal vergelijkingen: [aa] K] [ab] K2 |ac] K3 a1x J81y ot>1 0 ab K] [bb] K2 be K3 «2 x f22 y <02 0 [ac] K, [bc] K2 [cc] K3 «3 x /23 y <o3 0 «1 K| a2 K2 a3 K3 0 0 0= 0 f2, K, f22 K, f23 K3 0+0+0=0 Het voorkomen van de nullen is op het eerste gezicht even ongewoon, maar geeft tenslotte geen enkele complicatie in de bewerking. Ook in Helmert en Jordan wordt het bewijs geleverd, dat de onbekenden door bovenstaande normaalvergelijkingen bepaald worden. Het vraagstuk is hiermede opgelost. 'Rest ons nog om voor elk geval afzonderlijk na te gaan, welke waarde de coëfficiënten a en j8 hebben. A E Nemen we daartoe het gewone geval van een omzwaaiing: Met de voorloopige oriënteering <p is van 0 1) uitgaande berekend en A als eindwaarde gevonden. Toegepast en berekend zal moe ten worden de omzwaaiing adie g 9, Ay~ natuurlijk niet te groot mag zijn. De sluitfout w„ fj (<p) wordt dan wy AY Ssin (p <f). In de figuur vergeten.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor het Kadaster in Ned.-Indië | 1939 | | pagina 11