10
geringere nauwkeurigheid hiervan te brengen de nauwkeurig
heid van ABC nog grooter is dan bij een berekening alleen in
eigen stelsel. Wil men van dit laatste voordeel afstand doen, wat
b.v. ook het geval zal zijn als de aansluitingspunten relatief on
nauwkeurig zijn, dan berekent men eerst het netje ABC afzon
derlijk, tot en met de vaststelling der indeelingen. In de hoofd
berekening worden dan voor de coördinaatverschillen van het net
ABC de gecorrigeerde waarden gebruikt. Alle voorwaarden, die
betrekking hebben op de rondrekeningen vervallen. Voor de ge
wichtsbepaling (in f—[-—enz- S) worden de lengten
van ABC 0 genomen.
Met de berekende <ps worden de omzwaaiingscorrecties bepaald
(uit het hoofd of met de rekenliniaal), en de coördinaten vast
gesteld. Dit laatste geschiedt dus slechts één keer.
Een normale, volledige meting zou (afgezien van de voorwaar
den, die ontstaan door de tusschentrekken) opgelost moeten wor
den met 2 normaalvergelijkingen, de bovenstaande, belangrijk ver
eenvoudigde meting wordt berekend uit onderstaande 4 simpele
normaalvergelijkingen (afgekorte schrijfwijze)
(S +S K S K X —X )9
I— (S +S K X X 0 X 0 o> 0
0 0 0 0
0 0 0
(S steeds positief).
Voor de ordinaten gelden 4, grootendeels gelijke formules, die,
zooals gebruikelijk, met de bovenstaande, in eenzelfde schema
opgelost kunnen worden, door daaraan 3 kolommen toe te voegen:
(S +S K S K Y Y
(S +S K Y Y Y 0 O. =0
0_+ 0 0=0
0 0 0
Door deze vergelijkingen verkrijgt men 2 stel waarden voor
<pt en <p2 die elkaar in het algemeen zeer weinig zullen ontloopen.
l-A 2-B 1 2-13 2 1-A 2-B 1
X ip 1" co 0
A-B 2 yl
2-B 3-C 2 2-B 3-C 1 B-C 2 v2
1-A 2-B 1 2-B 2 1-A 2-B 1
Y 0 O) 0
A-B 2 xl
2-B 3-C 2 2-B 3-C 1 B-C 2 x2