32
Een jaar of tien geleden, toen het vraagstuk van het Inlandsch
Kadaster in den Volksraad en op de Regeeringsbureau's de
volle belangstelling had, ontsponnen zich over opname en regis
tratie de spannendste debatten.
Bij de toelichting en bespreking van de motie in den Volks
raad, „de Regeering uitnoodigende, de opname en registratie van
het grondbezit op de veertien groote plaatsen van Java met spoed
te doen plaats hebben, aangezien een voortbestaan van de on
regelmatige toestanden van het grondbezit uit een oogpunt van
financieel beiang voor de Schatkist en het algemeen belang van
de bevolking niet aanvaard kan worden", bleken verschillende
sprekers het oog te hebben op de „tanah onbekend" perceeien.
Men vroeg opname en registratie door het Kadaster of door den
Topografischen Dienst.
Zooals bekend kon de Regeering wegens de te verwachten hooge
kosten niet overgaan tot instelling van een Inlandsch Kadaster.
Voor opmeting en registratie van de in de laatste jaren in erfe
lijk individueel bezitsrecht uitgegeven perceeien binnen de Ge
meente Batavia, vallen de toen naar voren gebrachte bezwaren
grootendeels weg.
De opmetingskosten kunnen, nu de technische grondslag (het
net van vaste punten) van het Kadaster geheel klaar is, geen over
wegend bezwaar meer zijn.
Het in het tijdvak 1927-1931 herhaaldelijk bij geschrift naar vo
ren gebrachte bezwaar, dat de grenzen van de milikperceelen
uiterst variabel zouden zijn, kan thans ook geen opgeld meer
doen, aangezien de Gemeente bij iedere uitgifte, op kosten van
belanghebbenden minstens de rooilijn, doch meestal het geheele
perceel van dezelfde merkteekens voorziet, welke ook voor ver
zekering der grenzen van eigendomsperceelen gebruikt worden.
Het bezwaar, dat de delimitatie (het vaststellen van de grenzen
der perceeien) de kosten te hoog maakt valt weg, nu het Kadas
ter bij de opmaking van de nieuwe kaarten (de I Ierkadastreering)
toch de eigendomsperceelen moet delinriteeren.
Nog altijd bestaat de behoefte zeker in niet mindere mate
dan in 1927 voort te gaan met de regeling.
Door samenwerking van het B.B., de Belastingdienst, de Ge
meente en het Kadaster kan er in de naaste toekomst nog veel
verbeterd worden.
Vergadering 27 Juli 1927; motie Kiès e.a.