45 niet geoorloofd achtte in verband met het model voor die beschei den gegeven bij Stbl. 1842 No. 17. De vorm aan de meetbrieven gegeven in bedoeld Staatsblad houdt m.i. verband met de wijze, waarop de Gouvernementsland meters gewoon waren de perceelen op te meten. Zij bepaalden van elk recht gedeelte of als recht beschouwd gedeelte van de grens de lengte met den ketting en het azimuth met de boussole. Bedoelde opmetingsmethode heeft het bezwaar, dat wanneer de grenzen der perceelen gevormd worden door levende heggen of door muren, ingesloten tusschen huizen, de lengten en de azi muths der grenslijnen moeilijk met eenige nauwkeurigheid kunnen worden bepaald. Zij eigent zich alleen voor het opmeten van per ceelen waarvan de grenzen geheel open zijn. Bij het opmeten van bebouwde perceelen en van begroeide per ceelgrenzen wordt door de ambtenaren van het Kadaster een an dere methode gevolgd, waarbij door de opengedeelten van het op te meten perceel meetlijnen worden uitgebakend, waarvan de hoeken en de azimuths met grooter nauwkeurigheid worden ge meten. In die meetlijnen worden de brekings- of buigpunten van de op te meten grenzen door ordinaten bepaald. Na afloop van de kaarteering wordt van het beloop der grenzen een nauwkeurig beeld verkregen. Wanneer bovendien de gebruikte meetlijnen aan vaste terreinvoorwerpen, als huizen, muren, bruggen en duikers worden vastgemeten, of aan grenspilaren en andere merkteekens, worden vastgelegd overeenkomstig het bepaalde bij art. 7 van Stbl. 1837 No. 3 juncto Stbl. 1882 No. 311 en 1893 No. 16, dan zoude, door een herhaling op de kaart van de gebezigde meet- constructie en van de verkregen meetcijfers, de grens van eenig perceel beter en meer overeenkomstig de waarheid zijn aange duid, dan door een bloote opsomming van afmetingen langs dc grens, welke dikwijls door uitpassing op de kaart zijn verkregen. Als bijlage 7 sub V en VI van dit schrijven worden UHEG aan geboden afschriften van meetbrieven, zooals die thans door het Kadaster worden opgemaakt. In de opmaking dier stukken wordt door de ambtenaren van het Kadaster de meest mogelijke zorg en nauwkeurigheid betracht, Hier kan verwezen worden naar de huidige wijze van opmaking, daar deze slechts op ondergeschikte punten afwijkt van de in 1909 gevolgde. v.H.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor het Kadaster in Ned.-Indië | 1939 | | pagina 49