52
d. het afgeven van landmeterskennissen en meetbrieven, het
verstrekken van extracten uit het verleenen van inzage in
de kadastrale kaarten en in de registers en het geven van
mondelinge inlichtingen omtrent den inhoud van deze stukken.
Art. 51. In de landmeterskennissen, welke volgens de ordon
nantiën van 21 April 1834 (Staatsblad No. 27) en van 21 Fe
bruari 1873 (Staatsblad No .38) moeten worden overgelegd, zul
len, nadat de bepalingen van de ordonnantie van 8 Augustus 1880
(Staatsblad No. 147) in de betrokken kadastrale afdeeling zijn
in werking getreden, de onroerende goederen worden omschreven
door de aanhaling van de kadastrale kenmerken, bestaande in:
den naam der residentie;
den naam der kadastrale afdeeling;
de sectie-letters en nommers der perceelen, waaronder het on
roerend goed bij het nieuwe kadaster bekend is, en de inhouds-
grootte.
De landmeterskennis, moet daarenboven bevatten het verpon-
dingsnommer.
De laatst voorgaande omschrijving volgens het nieuwe kadaster
wordt steeds vermeld, ingeval sedert de jongste akte het onder-
werpelijk goed ten gevolge van splitsing, vereeniging, enz. een
nieuw kadastraal nommer heeft gekregen.
Art. 52. In geval van openbaren verkoop worden de bewijzen
van eigendom, volgens artikel 20 der instructie in Staatsblad 1908
No. 189 aan het vendukantoor ingeleverd, door den bewaarder
onderzocht, die, als geene landmeterskennis vereischt wordt, er
eene opgaaf der kadastrale kenmerken bijvoegt, welke door het
vendukantoor wordt gehecht aan het extract uit de vendurol be
doeld in artikel 18 der ordonnantie van 21 April 1834 (Staatsblad
No. 27) en artikel 10 der ordonnantie van 21 Februari 1873
(Staatsblad No. 38).
Art. 53. Zoo de overeenkomst gedeeltelijke perceelen betreft,
wordt op de landrneterskennissen tevens vermeld, dat de geschat
te waarde, of, bij publieken verkoop de koopsom, slechts betrek
king heeft op het gedeelte, dat op den mede overgelegde meet
brief, bedoeld in het volgende artikel, nader is aangeduid.
Art. 54. In dat geval wordt aan de landmeterskennis een meet
brief gevoegd als bedoeld in artikel 2 der ordonnantie van 8 Au
gustus 1880 (Staatsblad No. 147).