153
van de aansluitingspunten deze nieuwe coördinaten volledig en overal
in de plaats treden van de oude.
Goed beschouwd, kan men zeggen, dat met dit probleem eigenlijk
gezegd iets beproefd wordt wat onmogelijk is. Aansluiting aan oude
punten en volledige handhaving van het oude net zijn tenslotte twee
tegenstrijdige dingen. Wil men er toch iets op vinden, dan zal het
altijd neerkomen op datgene, wat hier te lande wel eens omschreven
wordt met de uitdrukking: „een akal zoeken". In zulke gevallen is
in het algemeen die „akal" nog steeds de beste, welke het minst mo
gelijke rekenwerk geeft. Als zoodanig zie ik dan ook geen heil in
uitbreidingen van de methode-Helmert zooals b.v. die van Förster.
Al deze nadeelen gelden overigens niet voor de methode zooals
deze oorspronkelijk door collega Bos is uitgewerkt ter vereffening
van uitgepaste coördinaten, daar men hier niet te maken heeft met
zooveel mogelijk te handhaven getallen, doch met uitpassingen, die
zeker voor een nadere correctie in aanmerking kunnen komen.
Tenslotte wil ik er nog op wijzen, dat men het vraagstuk ook nog
op andere wijzen tot oplossing kan brengen. Förster wijst er op, dat
de meest strenge methode eigenlijk zou zijn: het opnieuw vereffenen
van het geheele systeem van oude en nieuwe punten met uitsluitend
gebruikmaking van de oude en nieuwe meetgegevens. Het is echter
zeer de vraag of men dit, afgezien van de hoeveelheid werk, die er
aan vast zit, hier te lande zouden kunnen toepassen.
Verder zou, indien men een nauwkeurig inzicht had in de middel
bare fouten van de bestaande triangulatiepunten, nog wel een methode
van vereffening te bedenken zijn, die deze punten met bepaalde ge
wichten in rekening bracht. Zoolang dit echter niet het geval is en
deze gewichten aan een groote onzekerheid onderhevig zouden zijn,
heeft ook dit weinig zin.
J. G. JANSSEN.
EEN DER VOORDEELEN VAN EEN DUURZAAM VERZEKERDE
STADSPOLYGOON.
Als gevolg van noodig geworden wegverbreeding moeten dikwijls
van tallooze perceelen aan den wegkant strooken worden overgedra
gen. De meetbrieven van deze strooken, benoodigd voor de over
schrijving, alsook de veelal bij den afkoop van deze strooken door
de eigenaren bedongen meetbrieven van de overblijvende deelen der
perceelen, worden in de praktijk meestal aangevraagd na de daad
werkelijke wegverbreeding.