212
ook punten, welke zich buiten het interval Ox*-02 bevinden, te
kunnen identificeeren, moet de mogelijkheid worden ingeschakeld, om
de in de punten Oi en 02 te plaatsen massa's zoowel positief als
negatief te doen zijn. In het geval, in figuur 2 afgebeeld, zou men
een negatieve massa gi in Ox en een positieve massa g2 in 02 moeten
plaatsen (of een positieve massa g\ in 03 en een negatieve massa
g2 in 02), ten einde het buiten het interval gelegen punt P te ver
krijgen. Voor zoo
danig punt P
blijft de voor
waarde 1be
staan, en behoudt
men in abso
lute waarde de
meetkundige be-
Fig. 2 trekking:
Ot P 02 P -L 2- (1)
Het is gemakkelijk in te zien, dat i.e. de absolute waarde van
g2 grooter moet zijn dan die van g1 aangezien het punt P het
dichtst bij 02 is gelegen. Eveneens is het duidelijk, dat de bary-
centrische coördinaten met ieder willekeurig getal mogen worden
vermenigvuldigd. Neemt men zie figuur 1 voor g1 3 en
g2 5, zoo krijgt men:
Ox P Oa P (of 5 3)
3 5
De barycentrische coördinaten van P zijn alsdan g1 g2 3 5,
doch kunnen ook als g1 g2 30 50, gt g2 3n 5n, enz.
worden genomen.
Op overeenkomstige wijze zal men zie figuur 2 door gi
+3 en g2 7 te kiezen, voor P de meetkundige betrekking
krijgen
O, P 02 P i- y (of 7 3)
Hierbij zijn de barycentrische coördinaten van P, krachtens de
definitie, g1 g2 3 +7, doch ook de formuleeringen g1 g2
+3 7, gi g2 +3n 7n, enz. zijn geoorloofd.
gl S2