213 O, P3 02 P3 D - - (2) 03 P2 O, P2 i- F(4) 2. Het vorenontwikkelde systeem, dat op twee oorsprong- punten is gebaseerd, kan ook tot drie oorsprongpunten worden uit gebreid. Denkt men zich (zie figuur 3) in een drietal punten Ö1 02 en 03 drie massa's gT g2 en g3 geplaatst, zoo kan daaruit het q zwaartepunt (barycentrum) P wor- ^en ver^re§"en- De barycentrische coördinaten van het punt P worden dan als g1 g2 g3 gedefinieerd. p Indien bedoelde massa's positieve ■^(9zwaarden voorstellen, zal het punt P steeds binnen den driehoek Ox 02 Os gelegen zijn. Door ook ne gatieve waarden aan deze coördi- Oj naten toe te kennen, kunnen ook buiten dien driehoek gelegen pun- Fig. 3 ten (zooals het punt Q) worden verkregen. Wanneer zie figuur 4 de barycentrische coördinaten van P zijn: gl g2 gs zoo volgen uit de mechanicaleer de navolgende betrekkingen gl g2 02 Pj. 03 P, (3) S2 3 g3 gl Deze betrekkingen (2), (3) en (4) zijn volkomen soortgelijk aan de voorwaarde O, (1). Duidelijk is te zien, dat het punt P3 verkregen wordt, indien uitsluitend p van de massa's gt en g2 wordt uitgegaan. J Zoo ook wordt het punt Px verkregen j) L door enkel en alleen de massa's g2 en g3 in beschouwing te nemen, terwijl ten - 2 slotte het punt P2 op te bouwen is uit P de massa's g3 en gGenoemde betrek- 3 kingen gelden, in meetkundigen zin, ook Oj voor buiten den driehoek gelegen punten, indien men de negatieve massa's in hun Fig. 4

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor het Kadaster in Ned.-Indië | 1939 | | pagina 27