17 dubbelbeeldtachymeters) in dergelijke terreinen bij zeer scherpe mar keering der aan te meten punten (zooals i.e. het geval was) verkrijg bare waardenmen moet toch wel in aanmerking nemen, dat de waarde van den grond hier niet zeer groot is. Hierbij behoeft dan nog niet eens uitsluitend gedacht te worden aan de grondprijzen, doch ook de waarde van den bodem uit algemeen staathuishoudkundig oogpunt behoeft in dergelijke bergoorden niet te hoog aangeslagen te worden, immers de grond wordt hier vrijwel uitsluitend gebezigd voor bunga lows, herstellingsoorden, in het algemeen tot recreatie- en vacantie- verblijven voor de stadsbevolking uit de laaglanden. Hier een hooge maatstaf voor de nauwkeurigheid der bodemregistratie aan te leggen zou zeker niet gerechtvaardigd zijn. b) Indien dus uit bovenstaande overwegingen volgt dat de be reikte nauwkeurigheidsgraad bevredigend genoemd mag worden, dan rijst de vraag of dus uit deze proefneming de conclusie getrokken kan worden dat luchtkaarteering voor bergoorden als het onderhavige in het algemeen aanbevelenswaardig voorkomt. De factor, welke na de nauwkeurigheid het eerst in aanmerking komt, is de toepasbaarheid uit economisch oogpunt. Helaas is nu, zooals hierboven reeds werd vermeld, geen kostenberekening der aero-fotogrammetrische opname overgelegd. Men kan over de vraag hoe een kostenvergelijking zou uitvallen, dus slechts vermoedens hebben. Er zijn echter enkele vermoedens die mij gerechtvaardigd lijken. Waar het hier een object betreft dat uit aero-fotogrammetrisch oog punt bekeken zeer klein is, zullen de kosten der luchtopname naar verhouding zeer groot moeten zijn, immers zij zullen onevenredig stijgen bij verkleining van het object. Bovendien mag niet vergeten worden, dat een groot aantal pas- punten is opgegeven. Nu zijn niet al deze paspunten bij de uitwerking als zoodanig gebruikt, echter zijn wel vele als controle gebezigd; en dit mag zeker wel in aanmerking genomen worden. Indien dus een dergelijke hoeveelheid paspunten verstrekt is, vraagt men zich af of terrestrische opname van het resteerend aantal terreinpunten tegelijkertijd niet veel economischer zou zijn. Speciaal in verband met de snelle werkwijze te bereiken door de pool-coördina- tenmethode met gebruikmaking van dubbelbeeldtachymeters toe te passen, is deze vraag zeker gerechtvaardigd, ook al is een volkomen zeker antwoord aan de hand van deze proef niet te geven.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor het Kadaster in Ned.-Indië | 1940 | | pagina 24