41
opvoering van het tariefpeil kon worden gesproken. Het invoeren van
een benedengrens voor de meetbrieven toch, ging gepaard met het
stellen van een bovengrens voor de landmeterskennissen, terwijl ove
rigens de tarieven slechts onbeduidende veranderingen ondergingen.
13. Het reeds =b 40 jaar bestendigde tarievenschema eischte
noodzakelijke herziening, daar de kadastrale heffingen, welke als
„medeaandeel" van het publiek werden beschouwd in de kosten, die
de kadastrale verrichtingen met zich brengen, verhoogd moesten wor
den in verband met stijging van tractementen en materiaalprijzen
gedurende genoemde langdurige periode. Zoo kwam de ordonnantie
van Staatsblad 1920 No. 879 tot stand.
14. Hoewel in de ordonnantie 1920 het zelfkostcnprincipe sterk
op den voorgrond werd geplaatst, werd het tarief overal aan den lagen
kant gehouden en werd er steeds gewaakt tegen het maken van winst.
Het vasteren vorm krijgen van het zelfkostenprincipe blijkt ook
nog uit verdere richtlijnen der ordonnantie, welke hieronder beknopt
zijn aangegeven.
15. Een benedengrens van het tarief, oorspronkelijk slechts voor
meetbrieven gesteld, werd ook t.a.v. andere verrichtingen doorgevoerd.
Voor landmeterskennis, meetbrief en inzage werden de minimum
heffingen respectievelijk op 3.10.en 1.gebracht.
16. Het ongewenschte en de ongerijmdheid der reductie voor
meetbrieven van reeds kadastraal opgemeten perceelen en voor erf-
pachtsgronden in de Buitengewesten zoomede voor stukken betreffen
de het agrarisch eigendomsrecht, werden ingezien, weshalve dit spe
ciale tarief niet langer mocht worden gecontinueerd.
17. Het rabatsysteem, voor meerdere inzagen tegelijk, werd ver
laten, omdat de moeite en tijd recht-evenredig te stellen zijn met het
aantal registers of kaarten, dat achtereenvolgens moet worden geraad
pleegd.
18. Om dezelfde reden werd het principe, om het tarief afhan
kelijk te stellen van de mindere of meerdere belangrijkheid van de
inlichting, onjuist geacht en werd het uniforme inzagetarief van 1.
ingevoerd.
19. Teneinde het kadasterpersoneel niet onnoodig aan andere
werkzaamheden te onttrekken en salarisontduiking te voorkomen, werd
het kwartiertarief voor inzagen en inlichtingen ingesteld.
