46 33. Het zijn de verrichtingen, als bedoeld in punt 32 sub a, die de noodzaak vormen tot de instandhouding van het Kadaster. De hef fingen voor die verrichtingen zullen derhalve rechtstreeks verband moeten houden met de kosten, die voor genoemde instandhouding vereischt zijn. Het standpunt, neergelegd in de 2e alinea van punt 22, ware daarbij te bestendigen, zoodat die heffingen slechts een zeker percen tage („medeaandeel") van de instandhoudingskosten zullen mogen uitmaken. 34. Vanzelfsprekend zullen de kosten voor de instandhouding van het Kadaster ook ten deele gecompenseerd kunnen worden door heffingen t.a.v. de verrichtingen als bedoeld in punt 32 sub b. Aan deze verrichtingen wordt slechts geringe tijd besteed, terwijl de amb tenaren, die voor de betreffende werkzaamheden zijn aangewezen, over het algemeen laag bezoldigd zijn. Hoewel de heffingen als hier bedoeld momenteel zeker niet als te laag kunnen worden gekwalificeerd, vormen zij slechts een beschei den aandeel in de totaalopbrcngst der kadastrale verrichtingen. Zij hebben daarom meer het karakter van een „meevaller" en het zou stellig minder juist zijn, het retributievraagstuk daarop al te veel te baseeren. 35. Het algemeen belang van de instelling van het Kadaster komt eerst dan goed tot zijn recht, indien van de gegevens der Ka dastrale registratie een zoo ruim mogelijk gebruik wordt gemaakt. Naar alle waarschijnlijkheid zal zulks door een zoo laag mogelijke heffing voor de sub b van punt 32 bedoelde verrichtingen worden aangemoedigd. Zoodanige geste zal ongetwijfeld een tegemoetkoming beteekenen ten aanzien van de herhaaldelijk gehoorde klacht, dat het publiek slechts bij zeer groote noodzaak bij het Kadaster om inlichtingen durft verzoeken, hetgeen niet strookt met het karakter en de strekking van dezen dienst als openbare instelling. Hoewel positieve financieele voorspellingen uiteraard niet moge lijk zijn, mag toch wel worden verwacht, dat een eventueele tarief verlaging voor inzagen e.d. een toename van het aantal aanvragen dezer soort verrichtingen ten gevolge zal hebben en dus geen on- gunstigen invloed op de totaalinkomsten van het Kadaster zal uit oefenen, zoodra de nieuwe tariefmaatstaf algeheele bekendheid zal hebben gekregen.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor het Kadaster in Ned.-Indië | 1940 | | pagina 57