59 den duimstok noemde: de landmeetkunde. Toch moet U de duimstok nog maar even laten liggen tot de volgende maal, daar ik eerst de kadastrale boekhouding met U wil afhandelen. U hebt nu kennis gemaakt met het hoofdregister en de naamlijst, be scheiden waarmee het Kadaster zijn steentje bijdraagt tot de publiciteit (U wilt weten of mijnheer A. van wie U koopt wel eigenaar is) en met de meet brieven, waarvan de minuten tot z.g. meetbriefregisters worden samengebun deld, waarmee het Kadaster zorg draagt voor de specialiteit (U wilt weten, wat U nu eigenlijk koopt). Behalve deze bescheiden kent het Kadaster nog een administratief stuk, waarmee iedere kooper van onroerend goed in aanraking komt, doch waar van hem de beteekenis meestal wel zal zijn ontgaan. Ik bedoel de land meterskennis, vooral niet te verwarren met den meetbrief, zooals vele lee- ken doen. Het publiek beschouwt het stuk als een onding, Want het moet er voor. betalen en ziet het nut er niet van in. Toch heeft het zijn reden van bestaan, anders was het er niet. Het kan gebeuren, dat bij verkoop van een onroerend goed blijkt dat daarvan geen meetbrief bestaat of dat de bestaande meetbrief niet meer aan bepaalde eischen voldoet. E.e.a. kan alleen door een deskundige instantie geconstateerd worden. Deskundig is in dit geval alleen de maker van de meetbrieven en dat is het Kadaster. Daarom is voorgeschreven, dat de kooper zich eerst tot het Kadaster moet wenden om mede te deelen dat hij tot levering wil overgaan, alvorens de levering kan plaats hebben. Het Kadaster gaat dan na of de bestaande meetbrief voldoet, dan wel of er een nieuwe noodig is en geeft als bewijs dat door den kooper is ken nis gegeven een landmeterskennis af, waarin tevens de meetbrief (oude of nieuwe) wordt genoemd. In ieder geval wordt de landmeterskennis niet verstrekt zoo lang de eventueel benoodigde nieuwe meetbrief nog niet klaar is. De overschrijvingsambtenaar gaat niet over tot het opmaken van de gerechtelijkeakte alvorens hem een landmeterskennis wordt overgelegd en heeft dus altijd de zekerheid, dat hij bij het opmaken beschikt over een goede aanduiding van het goed, te meer omdat in de landmeterskennis nog eens extra de ligging volgens de bestuursindeeling en het verpondingsnum- mer van het goed zijn opgegeven. In de landmeterskennis moet U dus a.h.w. zien een verbindingsstuk, een schakel tusschen de specialiteit en de publiciteit. Ik koester de verwachting, luisteraars, tevens koopers van onroerend goed, dat U zich na deze verklaring, hebt kunnen verzoenen met dat on begrijpelijke document. Hiermede hebben wc de belangrijkste registers ook de landmetersken- nisminuten worden tot registers ingebundeld die op een kadasterkantoor voorkomen, bekeken en blijft ons als eenige bezienswaardigheid nog over de kadastrale kaart, die eigenlijk ook is op te vatten zij het dan niet in boekvorm als een register, dat deel uitmaakt van de kadastrale boek houding. Doch daarover de volgende maal. (Zie voor het 3e en 4e deel de volgende aflevering van dit tijd schrift).

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor het Kadaster in Ned.-Indië | 1940 | | pagina 70